20101 |
doornhaag |
doornenheg:
diehnehèg (Q003p Genk)
|
doornenhaag
III-2-1
|
26175 |
doorschieten |
schieten:
šitǝ (Q003p Genk)
|
Het vanuit de aar doorgroeien van de graanplant. [JG 1a; monogr.]
I-4
|
26348 |
doorslaan |
doorsteken:
doorsteken (Q003p Genk),
flossen:
flossen (Q003p Genk)
|
Het aangeven van de lijnen met een dubbele draad of door middel van een doorslagsteek. [N 59, 51a; N 62, 6]
II-7
|
20848 |
dopen |
dopen:
dupə (Q003p Genk, ...
Q003p Genk),
ə keͅnt duəpe (Q003p Genk),
soppen:
soppe (Q003p Genk),
soͅpə (Q003p Genk)
|
doopen (dopen) [RND] || dopen [RND] || een boterham dopen in het vet van de pan || Een kind dopen. [ZND 23 (1937)] || indopen van het brood b.v. in de koffie: soppen [N 08 (1961)]
III-2-3, III-3-3
|
33521 |
doperwten |
peulerwten:
pō.lēͅ.rt (Q003p Genk)
|
[Goossens 1b (1960)]
I-7
|
21311 |
dorp |
dorp:
de būrə hān vijf ossə en nīgə kij en twelf cschop vīr ⁄t derp gəbroͅcht ən dij wōən zə vərkōpe (Q003p Genk)
|
De boeren hadden vijf ossen en negen koeien en twaalf schapen voor het dorp gebracht, die wilden ze verkopen. [ZND 04 (1924)]
III-3-1
|
19991 |
dorpel |
deurdorpel:
dīrdø̜rǝpǝl (Q003p Genk),
dorpel:
dęlpǝr (Q003p Genk)
|
Zie kaart. Horizontale laag natuursteen of bakstenen aan de onderkant van een deurkozijn. Zie ook de lemmata 'Strekkenlaag', 'Staande rollaag', 'Liggende rollaag' en 'Hardsteen'. Met de term 'stofdorpel' wordt doorgaans een extra dorpelstuk aangeduid, dat soms op de onderdorpel van een binnendeurkozijn wordt aangebracht. Zie ook het lemma 'Stofdorpel'. [N 32, 12d; A 43,18; L 5, 72; L 12, 12; L B1, 152; A 45, 31; R 3-46; monogr.; Vld]
II-9
|
21765 |
dorpsgenoot |
die is van ons dorp:
dē es van os dêrp (Q003p Genk)
|
Noem het (dialect)woord voor: mensen die in hetzelfde dorp wonen als u? [dorpsgenoot] [N 102 (1998)]
III-3-1
|
33120 |
dorsbed aanleggen |
aanleggen:
ǭnlęgǝ (Q003p Genk)
|
Het aanleggen van de laag schoven op de dorsvloer; zie de toelichting bij het lemma dorsbed, laag schoven op de dorsvloer (6.1.16). Het object van de handeling is steeds het ''dorsbed, de laag schoven op de dorsvloer'' van het vorige lemma. [N 14, 17b; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
33119 |
dorsbed, laag schoven op de dorsvloer |
bed:
bęt (Q003p Genk)
|
Voordat men begint te dorsen moeten de schoven op de dorsvloer uitgespreid worden. Meestal worden twee lagen schoven, met de koppen (aren) naar elkaar toe gekeerd, in het midden van de dorsvloer, uitgespreid. In dit lemma staan de benamingen van een dergelijke laag schoven bijeen. [N 14, 20; JG 1a, 1b; L 32, 103; monogr.]
I-4
|