e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Genk

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ijzeren gaffel, oogstgaffel gaffel: gafǝl (Genk), g˙afǝl (Genk) Twee- of drietandige ijzeren vork, met lange, enigszins gebogen tanden en een lange houten steel, gebruikt om hooi of korenschoven op te steken en op de wagen te laden. Zie afbeelding 10, b. Voor het voorkomen van de term riek en van varianten van het type gāfel, zie de toelichting bij het lemma ''houten gaffel''. Voor de fonetische documentatie van het woorddel (hooi) zie het lemma ''hooi''.' [N 18, 27; JG 1a, 1b; A 28, 2; L 1 a-m; L 16, 18a; L B2, 241; Lu 6, 2; S 9; Wi 3; Av 1 III 5a, b; monogr.] I-3
ijzeren haak aan de puthaak haak: hōək (Genk), puthaak: pɛthōk (Genk, ... ) [ZND 32 (1939)] [ZND m] I-7
in beweging komen op gang geraken: op gang geraeken (Genk) In beweging komen (op gang komen, (zich) roeren, bewegen) [N 108 (2001)] III-1-2
in de doodskist leggen kisten: kiste (Genk), zerken: zaerke (Genk) de dode in de kist leggen || een dode in de doodskist leggen [lichteren, kisten] [N 115 (2003)] III-2-2
in de moestuin werken hoven: hōvə (Genk) [N P (1966)] I-7
in de pap liggen met melk staan: met mɛlk stuǝn (Genk) Eitjes en larven worden door de werkbijen in een pap van stuifmeel, honing en water gelegd. Hierin gedijen ze zeer snel. Men zegt dan "de larven liggen in de pap, in de melk". De cellen zijn dan nog niet verzegeld. [N 63, 22c] II-6
in de rug slaan (met de vuist) stompen: met de vaust en de rug stoempe (Genk) Met de vuist in de rug slaan (doffen, dompen, stompen, stoten, sjtokken) [N 108 (2001)] III-1-2
in de voor door de voor: dūǝ.r dǝ [voor] (Genk) Het paard dat een karploeg trekt, gaat "in de voor", d.w.z. door de ploeggeul. Als een zwaardere rechtse ploeg door een tweespan getrokken wordt, gaat het rechter paard (van achteren gezien) door de voor. Door de voor gaat ook het rechter wiel van een rechtse karploeg. [JG 1a; N 11A, 141b; monogr.] I-1
in duigen vallen verratelen: vǝrrǭtǝlǝ (Genk) Gezegd van een vat dat in stukken uiteenvalt als gevolg van het losraken van duigen en banden. [monogr.] II-12
in een beek baden baden: an de bieëk boiën (Genk), en zoals in het Franse banne  gan baoien (Genk) In een beek baden. [ZND 33 (1940)] III-3-2