e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Genk

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
oude man bejaarde: bejoorde (Genk), oud mens: man  ā mins (Genk), oude man: aë man (Genk), də gujə āə man met ⁄t pērd dur ⁄t ijs gəzakt (Genk), oude sul: ā sul (Genk), à sul (Genk), oude, een ~: dên āe (Genk) bejaarde || De goede oude man is met het paard door t ijs gebroken en in het koud water gevallen (gebroken of gezakt?) [ZND 04 (1924)] || iemand van oudere leeftijd ( oude man, oude vrouw, oude van dagen) [N 102 (1998)] || oude man [N 102 (1998)] III-2-2, III-3-1
oude mens oude mens: ā mins (Genk) oude man [N 102 (1998)] III-3-1
oude raat zwarte raat: zwɛrtǝ rǭt (Genk) Reeds bebroede raat. Doordat celbodem en celhoeken niet schoongemaakt worden, wordt het volume van de gebruikte raat kleiner. In een oude, veel bebroede raat worden kleinere bijen geboren dan in een nieuwe raat. Dit betekent minder honing. De kleur van de aanvankelijk witte en lichtgele raat is door herhaaldelijk broeden van bruin tot zwart geworden. Deze verkleuring wordt vooral in de hand gewerkt door de uitwerpselen der larven. [N 63, 13e] II-6
oude stok afgezwermde stok: afgezwermde stok (Genk), oude stok: āǝ stok (Genk) Volk dat achterblijft in de korf of kast, als er gezwermd wordt. [N 63, 38b] II-6
oude vrouw brommel: vrouw  broehmel (Genk), oude vrouw: a vro (Genk), ā vro (Genk), àà vró (Genk, ... ), vrouw  à vro (Genk), troela: troela (Genk), vrouw  troela (Genk) een oude vrouw [ZND 05 (1924)] || iemand van oudere leeftijd ( oude man, oude vrouw, oude van dagen) [N 102 (1998)] || oude vrouw [N 102 (1998)] III-2-2, III-3-1
oudejaarsavond oudjaarsavond: aadjoorsooved (Genk) Oudejaarsavond. III-3-2
ouden van dagen oude mensen: ā minse (Genk) ouden van dagen [N 102 (1998)] III-3-1
ouderlijk huis oudershuis: aarshous (Genk) oudershuis III-2-2
ouders ouders: aars (Genk), a͂a͂ərs (Genk), znd 44, 27;  aajərs (Genk), aars (Genk), aaərs (Genk) ouders [ZND 11 (1925)] || ouders; waar ligt het land van uw ouders? [ZND 44 (1946)] III-2-2
ouderwets ouderwets: aërwets (Genk), aərwets (Genk) ouderwets || Ouderwets. [ZND 05 (1924)] III-1-3