e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Genk

Overzicht

Gevonden: 4982
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bliksemen bliksemen: ⁄t bliksemt (Genk, ... ), weerlichten: ⁄t wêêrlicht (Genk, ... ), (w€r).  ⁄t weerlicht (Genk, ... ) bliksemen [ZND 21 (1936)] || het bliksemt [ZND 01 (1922)] III-4-4
blikslager blikslager: blīǝkslē̜gǝr (Genk) Ambachtsman die blik verwerkt en blikken voorwerpen herstelt. [N 66, 55a; Wi 2; L 34, 17a; monogr.] II-11
blinde schacht, tussenschacht balans: balans (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Beringen]), beurkê: børkẽ̜ (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Eisden, Zwartberg]), luchtschouw: luchtschouw (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Domaniale]), stortkoker: stortkoker (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Winterslag, Waterschei]), tussenschacht: tussenschacht (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]) Een schacht die niet aan de oppervlakte uitmondt. Een dergelijke schacht wordt aangelegd om steenkoollagen te ontsluiten die tussen de verdiepingen zijn gelegen, en soms voor ventilatie- of vervoersdoeleinden. Zo merkt de respondent uit Q 3 voor de mijnen uit Winterslag en Waterschei op dat de "stortkoker" een blinde schacht is waar kolen en steen door afgevoerd worden en de "luchtschouw" een blinde schacht die uitsluitend wordt gebruikt voor de luchtverversing. Het verschil tussen een opbraak of een neerbraak en een tussenschacht was in de Nederlandse mijnen gelegen in het feit dat in een tussenschacht personenvervoer door middel van liftkooien was toegestaan. [N 95, 78; N 95, 181; monogr.; Vwo 134; Vwo 138; Vwo 206; Vwo 804] II-5
blinde steek blindsteek: blindsteek (Genk) De tussen zoomtoeslag en kledingstuk gevormde zoomsteek, die zowel aan de goede als aan de verkeerde kant onzichtbaar is (Het Beste Naaiboek, pag. 496). [N 62, 15c; N 59, 70] II-7
blindemannetje spelen blindekoe: Ook blende kui.  blende koei (Genk) het spel waarbij één van de spelers die de anderen moet vangen geblinddoekt is [kakkemommen, blindemannetje, blindekoe, blindekoekoek] [N 112 (2006)] III-3-2
bloed bloed: blut (Genk) bloed [N 10 (1961)] III-1-1
bloedaders bloedaderen: blutōrǝ (Genk) Aders zichtbaar op de uier. [N 3A, 118c] I-11
bloeduitstorting blauwe plek: blo pleͅk (Genk) Hoe noemt u de geelachtig blauwe plekken op de huid, die een gevolg zijn van slaan, stoten of vallen? [DC 52 (1977)] III-1-2
bloedwei wei: wee (Genk) Waterachtig vocht van het bloed (water, wee/wei) [N 106 (2001)] III-1-1
bloedworst bloedworst: bloedworst (Genk), blutwoͅrst (Genk) bloedworst [Goossens 1a (1955)], [ZND 21 (1936)] III-2-3