25113 |
bliksemen |
bliksemen:
⁄t bliksemt (Q003p Genk, ...
Q003p Genk),
weerlichten:
⁄t wêêrlicht (Q003p Genk, ...
Q003p Genk),
(w€r).
⁄t weerlicht (Q003p Genk, ...
Q003p Genk)
|
bliksemen [ZND 21 (1936)] || het bliksemt [ZND 01 (1922)]
III-4-4
|
31184 |
blikslager |
blikslager:
blīǝkslē̜gǝr (Q003p Genk)
|
Ambachtsman die blik verwerkt en blikken voorwerpen herstelt. [N 66, 55a; Wi 2; L 34, 17a; monogr.]
II-11
|
27763 |
blinde schacht, tussenschacht |
balans:
balans (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Beringen]),
beurkê:
børkẽ̜ (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Eisden, Zwartberg]),
luchtschouw:
luchtschouw (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Domaniale]),
stortkoker:
stortkoker (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Winterslag, Waterschei]),
tussenschacht:
tussenschacht (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden])
|
Een schacht die niet aan de oppervlakte uitmondt. Een dergelijke schacht wordt aangelegd om steenkoollagen te ontsluiten die tussen de verdiepingen zijn gelegen, en soms voor ventilatie- of vervoersdoeleinden. Zo merkt de respondent uit Q 3 voor de mijnen uit Winterslag en Waterschei op dat de "stortkoker" een blinde schacht is waar kolen en steen door afgevoerd worden en de "luchtschouw" een blinde schacht die uitsluitend wordt gebruikt voor de luchtverversing. Het verschil tussen een opbraak of een neerbraak en een tussenschacht was in de Nederlandse mijnen gelegen in het feit dat in een tussenschacht personenvervoer door middel van liftkooien was toegestaan. [N 95, 78; N 95, 181; monogr.; Vwo 134; Vwo 138; Vwo 206; Vwo 804]
II-5
|
29005 |
blinde steek |
blindsteek:
blindsteek (Q003p Genk)
|
De tussen zoomtoeslag en kledingstuk gevormde zoomsteek, die zowel aan de goede als aan de verkeerde kant onzichtbaar is (Het Beste Naaiboek, pag. 496). [N 62, 15c; N 59, 70]
II-7
|
22353 |
blindemannetje spelen |
blindekoe:
Ook blende kui.
blende koei (Q003p Genk)
|
het spel waarbij één van de spelers die de anderen moet vangen geblinddoekt is [kakkemommen, blindemannetje, blindekoe, blindekoekoek] [N 112 (2006)]
III-3-2
|
17683 |
bloed |
bloed:
blut (Q003p Genk)
|
bloed [N 10 (1961)]
III-1-1
|
34097 |
bloedaders |
bloedaderen:
blutōrǝ (Q003p Genk)
|
Aders zichtbaar op de uier. [N 3A, 118c]
I-11
|
18138 |
bloeduitstorting |
blauwe plek:
blo pleͅk (Q003p Genk)
|
Hoe noemt u de geelachtig blauwe plekken op de huid, die een gevolg zijn van slaan, stoten of vallen? [DC 52 (1977)]
III-1-2
|
17684 |
bloedwei |
wei:
wee (Q003p Genk)
|
Waterachtig vocht van het bloed (water, wee/wei) [N 106 (2001)]
III-1-1
|
20693 |
bloedworst |
bloedworst:
bloedworst (Q003p Genk),
blutwoͅrst (Q003p Genk)
|
bloedworst [Goossens 1a (1955)], [ZND 21 (1936)]
III-2-3
|