e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gennep

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gebit tanden: geve taānd (Gennep), taand (Gennep) Een gaaf gebit, het gebit van de oude man is nog heelemaal gaaf. [DC 14 (1946)] || gebit [N 10a (1961)] III-1-1
geboortefeest kindjeskoffie: kie.ndjeskoffie (Gennep) Kindjeskoffie, koffie na de kerkgang of het doopsel. III-3-2
geboren worden geboren: gebaore (Gennep), geboorə (Gennep) geboren || Geboren worden (jong zijn). [N 84 (1981)] III-2-2
gebouw kast: kāst (Gennep) bouwwerk III-2-1
gebreide kous breihoos: brèjhaos (Gennep) breikous III-1-3
gebrekkig gebrekkig: gebrĕkkig (Gennep) gebrekkig [SGV (1914)] III-1-2
gebrekkig spreken stotteren: stòttərə (Gennep), tottelen: tóttele (Gennep), totteren: totteren (Gennep) gebrekkig spreken [hakkelen, tottelen, stamelen, touwen, tatewalen, totteren, stotteren] [N 87 (1981)] || stotteren III-3-1
gebroeders; niet gebruiken gebroers: gebruu.rs (Gennep) gebroeders III-2-2
gebruik aangewente: ângewèn (Gennep), gebruik: gebruuk (Gennep), gəbry(3)̄k (Gennep) Aanwensel, gewoonte. || Een wijze van doen die in meer of minder ruime kring in zwang is [gebruik, gewoonte, gewente, zwang, geplogenheid]. [N 88 (1982)] || gebruik [SGV (1914)] III-3-2
gedachte gedanke (du.): geda.nke zien vrij  geda.nke (Gennep) gedachte III-1-4