e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gennep

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gepachte hoeve, pachtgoed pachtgoed: pāxt˲gut (Gennep), pachthof: pāxthǫf (Gennep) Het bedrijf dat een boer niet in eigen bezit heeft maar pacht (huurt) van de eigenaar aan wie hij in enige vorm betaalt voor het gebruik. Bij winning in L 352 wordt aangetekend: "vroeger heeft de naam denkelijk bestaan, want er is nog een boerderij die de naam De Winning draagt". Bij enkele opgaven in Nederlands Zuid-Limburg wordt opgemerkt dat enige pachthoeven nog in "halfsheid liggen"; de eigenaar ontvangt de helft van het koren, terwijl de pachter ("halfer") het overblijvende koren krijgt met het stro. Algemene en specifieke termen zijn in dit lemma uit elkaar gehouden. Voor de fonetische documentatie van de opgaven die gelijk zijn aan die voor boerderij in het algemeen, zie het lemma "boerderij, algemeen" (1.1.1). [A 10, 2bI; L 38, 21a; L 48, 22; Lu 2, 22; S 27; Wi 18; monogr.; add. uit L 38, 22 en ander materiaal van lemma 1.1.1] I-6
geraamte geraamte: geraamte (Gennep) geraamte, skelet [SGV (1914)] III-1-1
gereed klaar: klaor (Gennep, ... ), kloar (Gennep, ... ), Ik bin klaor mit mien wé.rk  klaor (Gennep), vaardig: Oej, oej, Nów ziede vèrrig (zit je in de boot) Wat hèdde mien nów vèrrig gemakt  vèrrig (Gennep) gereed || gereed, klaar [DC 03 (1934)] || klaar [SGV (1914)] || klaar met een handeling die verricht moest worden, een handeling verricht hebbend [af, vaardig, klaar, teneinde, ree, verrig] [N 85 (1981)] || klaar, af || klaar: Als je - bent mag je gaan spelen [DC 35 (1963)] III-1-4
gering aantal, een paar paar: ⁄n pár (Gennep) een gering aantal [paar] [N 91 (1982)] III-4-4
geronnen melk zure romen: zūrǝ rōmǝ (Gennep) Melk die door het lange staan dik en zuur is geworden. [L 2, 7; A 7, 15; monogr.] I-11
gerookte paling gerookte paling: gerökte paoling (Gennep) panpaling; Hoe noemt U: Een gerookte panpaling [N 80 (1980)] III-2-3
gerst gerst: gārst (Gennep), gɛrst (Gennep) Hordeum L. De gerstteelt was in Belgisch Limburg betrekkelijk zeldzaam. Bij zomergerst wordt aangetekend: vooral bestemd voor de brouwerij; bij wintergerst: vooral bestemd als veevoer. Volgorde varianten van gerst: 1. met "rst" in de auslautgroep; 2. met "st"; 3. met "rs"; en 4: met alleen "s" in de auslautgroep; zie de eerste klankkaart [kaart 6]; in de tweede klankkaart [kaart 7] is de geografische verspreiding van het vocalisme weergegeven. Zie afbeelding 1, d. [JG 1a, 1b; L A1, 127; L 1 a-m; L 24, 6a; L lijst graangewassen, 2; R 3, 24; S 10; Wi 53; monogr.] I-4
geruite jurk (toel.) getijgerd rokje: Sub getie.gerd.  getie.gerd rökske (Gennep) getijgerd, onregelmatig gestreept [rokje] III-1-3
geschenk cadeau (fr.): kàddoo (Gennep) dat wat je kado geeft [gave, geschenk, gift, present, zende, kado] [N 89 (1982)] III-3-1
geschreeuw van leeuweriken tierelieren: tiĕrəlīērə (Gennep) het geschreeuw van leeuweriken (kreeuwen) [N 83 (1981)] III-4-1