e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Geulle

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
naaispaan stikspaan: stekspān (Geulle) Het instrument waarmee men bij het naaien de stukken leer bij elkaar houdt. Twee gebogen latten, b.v. twee duigen, zijn van de ene kant met een stukje leer aan elkaar vastgemaakt, zodat ze daar kunnen scharnieren. Men klemt het te naaien leer tussen de gebogen latten door ze met de knie√´n tegen elkaar te drukken (Liedmeier, pag. 25). Volgens de informant van L 163a is een stikspaan een eiken plank van 60 cm lengte en 10 cm breedte. Zie afb. 30. [N 60, 56] II-10
naaiwerk naaiwerk: nięwęrk (Geulle) Schoenen waarvan het bovenwerk aan het onderwerk is genaaid. Het is niet duidelijk of de verschillende woordtypen hetzelfde aanduiden. [N 60, 104] II-10
naakt naaks: naaksj (Geulle) zonder kleren, onbedekt [naakt, nakst, nakend, naaks, naks, bloot] [N 86 (1981)] III-1-3
naar de mis gaan mis horen: més huëre (Geulle) De mis bijwonen, de mis horen [mès huëre, mès bèèje?]. [N 96B (1989)] III-3-3
naar huis gaan heimwaarts gaan: heives goon (Geulle), heives goàn (Geulle) naar huis gaan [DC 03 (1934)] III-1-2
naasten benaderen: bǝnǭdǝrǝ (Geulle) Als bij controle blijkt dat het gewicht van het te slachten dier niet juist, d.w.z. te laag door de eigenaar is opgegeven bij de belastingdienst, mogen de kommiezen de waarde van het overwicht zelf houden. Volgens de informant van L 321 hangt dit naasten van de te lage prijs af en niet van het gewicht. [N 28, 3] II-1
nabidden nabeden: naobaeje (Geulle) Nabidden, d.w.z. antwoorden bij het bidden, de tweede helft van een gebed bidden. [N 96B (1989)] III-3-3
nabootsen na-apen: nao-aape (Geulle) iemands stemgeluid imiteren [nabootsen, papegaaien] [N 87 (1981)] III-3-1
nachtbraken nachtbraken: nagbraake (Geulle) tot diep in de nacht uitgaan, nachtbraken [zwabberen] [N 87 (1981)] III-3-1
nachthemd nachthemd: nachhumme (Geulle) nachthemd [N 25 (1964)] III-1-3