20514 |
leverworst |
leverworst:
lééverwòòrst (L214a Geysteren)
|
leverworst [N 06 (1960)]
III-2-3
|
24342 |
libel en waterjuffer |
papegaai:
papagaai (L214a Geysteren)
|
libel, glazenmaker
III-4-2
|
26538 |
lichtboom |
licht:
lex (L214a Geysteren)
|
De hefboom waaraan aan één uiteinde het lichttouw is bevestigd; met het andere uiteinde is de lichtboom aan het lichtijzer vastgemaakt. Zie ook afb. 85. [N O, 23e; A 42 A , 27; Vds 111; Jan 145; N D, 22]
II-3
|
19353 |
lichtgeraakt, kregel |
knibbig:
knebbig (L214a Geysteren),
knibbig (L214a Geysteren)
|
kribbig
III-1-4
|
22750 |
lied, liedje |
liedje:
litsjə (L214a Geysteren)
|
liedje [RND]
III-3-2
|
18881 |
liefkozen |
fommelen:
foemele (L214a Geysteren),
knoefelen:
knōēvele (L214a Geysteren)
|
knuffelen || liefkozend knuffelen, tasten, bevoelen
III-1-4
|
24343 |
lieveheersbeestje |
lieveheersbeestje:
lievenhieërsbieësje (L214a Geysteren)
|
lieveheersbeestje
III-4-2
|
26438 |
ligger |
ligger:
ligger (L214a Geysteren)
|
De onderste, stilliggende molensteen. [N O, 17d; A 42A, 32; N D, 6; Sche 48; Vds 86; Jan 120; Coe 97; Grof 118; monogr.]
II-3
|
20464 |
lijkbidder |
noder:
naaste buren; naoberen
nui-jers (L214a Geysteren)
|
lijkbidders; wordt het overlijden aangezegd door de naaste buren of door lijkbidders? Hoe heten deze (aanzeggers, aansprekers, groeveneugers, uitingstneugers, lijkers, enz.)? (duidelijk vermelden of deze naam op de buren of op de lijkbidders slaat) [VC 03 (1937)]
III-2-2
|
20186 |
lijkstro |
dodenbosje:
strobosje, dat gebruikt werd om op de kar onder de doodskist te leggen als het lijk begraven werd. Het doel was schokken te voorkomen. Deze bosjes stro werden na de begrafenis op een bepaalde plaats, meestal een kruispunt, neergelegd, waar ze vergingen
doeëjebüske (L214a Geysteren),
lijkstrooi:
hij kan zijn liekstroi wel halen; hij komt van het bed op het strooi
liekstroi (L214a Geysteren),
stro waarop het lijk gelegd werd
liekströj (L214a Geysteren),
reeuwstrooi:
cf. "strobosje onder de doodskist op de kar
reeuwströj (L214a Geysteren)
|
doodstro; reeuwstro || lijkstro || lijkstroo; Hoe noemt men dit lijkstroo (schoofstroo, reeuwstroo, enz.). Zij er bepaalde uitdrukkingen die hiermee verband houden (bv. hij komt van het bed op het stroo) [VC 03 (1937)] || strobosje onder de doodskist op de kar
III-2-2
|