e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gingelom

Overzicht

Gevonden: 1973

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
baret baret (<fr.): baret (Gingelom), bret (fr.): be.re (Gingelom) barette: barette || béret: slappe muts III-1-3
baret? bonnet (<fr.): bone (Gingelom) bonnet: muts zonder stijve rand III-1-3
barrevoets barrevoets: berrevouts (Gingelom), bɛrəvuits (Gingelom) barrevoets [ZND 19 (1936)] || blootvoets [RND] III-1-3
bed bed: beͅt (Gingelom) bed [RND] III-2-1
beddenlaken laken: lōͅkən (Gingelom) Een laken (op een bed) [ZND 34 (1940)] III-2-1
bedevaart bedeweg: een beeweg (Gingelom) Een bedevaart. [ZND 21 (1936)] III-3-3
bedienen bedienen: bedint (Gingelom) Hoe heet: iemand van de laatste Sacramenten voorzien? [ZND 32 (1939)] III-3-3
bedriegen bedriegen: ook materiaal Leuv. lijst 21, vr 6a  bedriegen (Gingelom) bedriegen [ZND 01 (1922)] III-1-4
bedrijfsgedeelte van het boerenhuis stallen: stɛl (Gingelom) Bedoeld wordt het geheel van stallen en schuur dat achter het woonhuis gelegen is. Bepaalde benamingen zijn specifieke termen voor het bedrijfsgedeelte. Andere opgaven daarentegen zijn algemener en geven daarmee aan dat er voor de bedrijfsgebouwen geen aparte benaming bestaat, ze zijn ook in gebruik voor de boerderij in het algemeen, geven een opsomming van de voornaamste bedrijfsgebouwen of -ruimten (vandaar ook veel meervoudsvormen), verwijzen naar een belangrijk deel van de bedrijfsruimten (zoals de binnenhof of de dorsvloer) of wijzen op dat deel van het complex dat direct aan het woonhuis aansluit (zoals het stookhuis). [N 5A, 31; N 5,126; monogr.] I-6
bedsprei sprei: sprēͅi̯ (Gingelom) bedsprei [RND] III-2-1