e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gorsem

Overzicht

Gevonden: 349

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dons, nestveren stoppels: naast de vraag? doorgaans zijn dit de eerste opkomende veertjes, niet de haren.  stoppels (Gorsem) dons [ZND 35 (1941)] III-4-1
doodkist doodskist: znd 33, 38;  daodskist (Gorsem) een doodkist [ZND 33 (1940)] III-2-2
doodskist doodskist: znd 33, 38;  daodskist (Gorsem) Doodkist. [ZND 33 (1940)] III-3-3
doofstom doofstom: doofstom (Gorsem) Hij is doofstom [ZND 33 (1940)] III-1-1
dorsbed, laag schoven op de dorsvloer bed: bęt (Gorsem) Voordat men begint te dorsen moeten de schoven op de dorsvloer uitgespreid worden. Meestal worden twee lagen schoven, met de koppen (aren) naar elkaar toe gekeerd, in het midden van de dorsvloer, uitgespreid. In dit lemma staan de benamingen van een dergelijke laag schoven bijeen. [N 14, 20; JG 1a, 1b; L 32, 103; monogr.] I-4
dringen dringelen: drungelen (Gorsem) niet dringen ! [ZND 33 (1940)] III-1-2
drinkglas glas: gloas (Gorsem) glas [ZND 35 (1941)] III-2-1
droogte droogte: druugte (Gorsem) droogte [ZND 33 (1940)] III-4-4
druiventros tros wijndruiven: tros wijndruiven (Gorsem) [ZND 33 (1940)] I-7
duiken duikelen: in het wetter duikelen (Gorsem) In het water duiken. [ZND 33 (1940)] III-3-2