24293 |
paling, aal |
aal:
aol (L326p Grathem),
geen verschil
aol (L326p Grathem)
|
aal, paling [DC 10 (1941)]
III-4-2
|
33667 |
pand van een weideperceel |
bed:
będǝ (L326p Grathem)
|
Gedeelte van een perceel weiland, of van weiland in het algemeen, dat zich bevindt tussen afwateringssloten. Het betreft uiteraard slechts laaggelegen weidegronden. [N 14, 61]
I-8
|
30223 |
panlatten |
pannenlatten:
panǝlatǝ (L326p Grathem)
|
De horizontale latten waarop de dakpannen worden gelegd. De panlatten worden met hun breedste zijde op het dakbeschot of op de kepers gespijkerd. De onderste panlat dient groter in doorsnede te zijn. Er wordt daar dan ook meestal een dubbele panlat aangebracht of een panlat op zijn kant. Dit laatste werd in Q 121c 'een daklat hoogkant' ('eŋ dāxlats hūxkaŋk'), in L 385 en Q 15 een 'panlat op zijn hoge kant' (L 385: 'panlat ǫp ˲zǝnǝ hōgǝ kanjt'; Q 15: 'panlat ǫp ˲zǝn huǝgǝ k'njt') en in K 353 'een panlat op zijn kant' ('ǝn pánlát up ˲zønǝ kãnt') genoemd. Zie ook afb. 49p en 83a. [N F, 32a; N 54, 179; N 54, 180a; N 54, 180b; N 4A, 14b; monogr.]
II-9
|
20700 |
pannenkoek |
koek:
kook (L326p Grathem, ...
L326p Grathem)
|
Pannekoek, heel in het algemeen (struif, flenske, koekebak?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
20699 |
pannenkoekenbeslag |
koekendeeg:
kookedeig (L326p Grathem, ...
L326p Grathem)
|
Beslag voor het bakken van pannekoeken (timper?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
19443 |
pannenlap |
schotselsplak:
schoetselsplak (L326p Grathem)
|
lap waarmee men hete voorwerpen van het vuur neemt (kwezel) [N 20 (zj)]
III-2-1
|
18295 |
pantoffel |
pantoffel:
pentoffele (L326p Grathem)
|
Hoe noemt men de pantoffels? [DC 09 (1940)]
III-1-3
|
20558 |
pap |
pap:
pap (L326p Grathem, ...
L326p Grathem)
|
Pap, heel in het algemeen [N 16 (1962)]
III-2-3
|
21954 |
pap (kropmelk) |
duivenpap:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook aantekening van de invuller, op de laatste pagina!
doe.vəpap (L326p Grathem)
|
Hoe heet verder: de pap of kropmelk waarmee de jongen eerst gevoed worden? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
18194 |
paraplu |
paraplu:
perrpluuj (L326p Grathem)
|
paraplu [N 23 (1964)]
III-1-3
|