e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Griendtsveen

Overzicht

Gevonden: 680
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
groentevrouw groentevrouw: grüntevrouw (Griendtsveen) groentevrouw [SGV (1914)] III-3-1
grond, aarde aarde: ęrt (Griendtsveen) De algemene benaming. [S 1, 7, 11, 42; Wi 52; R III, 5, 6, 7, 8; L A1, 150; Vld.; N 18, add.; monogr.] I-8
grondwater grondwater: grontwatǝr (Griendtsveen) Wanneer men steeds dieper graaft in een veenkuil, komt men bij het grondwater uit. [I, 47] II-4
grootmoeder grootmoeder: grŏŏtmōēder (Griendtsveen) grootmoeder [SGV (1914)] III-2-2
grootte grootte: grooətte (Griendtsveen) grootte [SGV (1914)] III-4-4
grote hoeveelheid, hoop hoop: hōōəp (Griendtsveen), hopen (mv.): hōōəpen (Griendtsveen) hoop [SGV (1914)] || hoopen (mv.) [SGV (1914)] III-4-4
grote knikker bolkerd: bollekerd (Griendtsveen) benamingen in het knikkerspel [SGV (1914)] III-3-2
grote stok grote stok: grote stok (Griendtsveen) De grote stok bestaat doorgaans uit 7 slagen van 38 turven, in totaal 266 turven. [II, 63b] II-4
gruwelijk gruwelijk: grouwelijk (Griendtsveen) gruwelijk [SGV (1914)] III-1-4
guit guit: gø͂ͅt (Griendtsveen) guit [SGV (1914)] III-1-4