e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q193p plaats=Gronsveld

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
onstuimige lucht grillige lucht: grellige loch (Gronsveld), wilde lucht: ⁄n wèl loch (Gronsveld) onstuimige, woest bewolkte lucht [grellig] [N 22 (1963)] III-4-4
ontberen tekortkomen: tekort koëme (Gronsveld) niet hebben waaraan men grote behoefte heeft, ontberen [derven] [N 89 (1982)] III-3-1
ontbijt koffiedrinken, het -: koffie dreenke (Gronsveld), koffiedrinken (Gronsveld) namen en uren van de dagelijkse maaltijden: ontbijt [ZND 18G (1935)] || ontbijten III-2-3
ontbijtkoek, peperkoek peperkoek: peperkook (Gronsveld), pèperkook (Gronsveld), pëperkook (Gronsveld, ... ) ontbijtkoek || peperkoek [N 29 (1967)] III-2-3
ontbost terrein met een schop omwerken rooien: rōjǝ (Gronsveld) Het ontboste terrein met een schop omwerken om de achtergebleven wortels te verwijderen. [N 27, 10a] I-8
ontgelden misgelden: misgéle (Gronsveld), misnieten: misnete (Gronsveld) ontgelden III-1-4
ontginnen breken: brē̜kǝ (Gronsveld) Het in cultuur brengen van woeste grond. [N 27, 5; N 11a, 112; monogr.] I-8
ontlasting hebben afgaan: aofgoeën (Gronsveld), schijten: sjiete (Gronsveld), zijn behoefte doen: ze behoof doen (Gronsveld) ontlasting hebben [afgon, leutere, driete, zijn gevoeg doen] [N 10c (1961)] III-1-1
ontsmettingsmiddel kelksel: kɛlksǝl (Gronsveld) Het middel, de vloeistof die gebruikt wordt bij het ontsmetten van zaaigraan. Zie ook de toelichting bij het vorige lemma. [N M, 24b] I-4
ontsteking ontsteking: oontsjtëking (Gronsveld) Ontsteking: plaatselijke infectie van weefsel, lichaamsdelen, gepaard gaande met roodheid, zwelling en pijn (meuk, mik). [N 84 (1981)] III-1-2