e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q193p plaats=Gronsveld

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ramen lappen ruiten wassen: rūtə wāsə (Gronsveld), wassen: wase (Gronsveld) Ramen schoonmaken met behulp van spons en zeem (zemen, lappen, kuisen) [N 79 (1979)] || ramen zemen [DC 15 (1947)] III-2-1
rammelaar rammeltje: remmelke (Gronsveld, ... ) Het speeltuig voor heel jonge kinderen, dat bestaat uit een holle bol met een handvat waarin zich één of meer losse balletjes bevinden [rammelaar, rammel, klater]. [N 88 (1982)] || Rammelaar, bep. kinderspeelgoed. III-3-2
rand van een hoed luif: lûif (Gronsveld) rand van hoed III-1-3
rank rank: ideosyncr.  raank (Gronsveld), reng (mv.): ideosyncr. mv.  reng (Gronsveld) Stengel met bladeren, bloemen, etc. die in zichzelf niet voldoende stevigheid bezit om overeind te staan, vooral van klimplanten (reng, rank, rene, tak). [N 82 (1981)] III-4-3
rank paard (een) rijze: ręsǝ (Gronsveld) Gezegd van een slank, snel paard, dat vaak als rijdier wordt gehouden. [JG 1a; N 8, 20 en 62l] I-9
ranzig gats: gats (Gronsveld, ... ) ranzig || ranzig; Hoe noemt U: Sterk smakend, onaangenaam ruikend gezegd van spek (ranzig, garstig) [N 80 (1980)] III-2-3
rapen rapen: rǭpǝ (Gronsveld) De aardappelen oprapen en in een mand bijeen doen, achter de rooiers of achter de rooiende ploeg aanlopend. [N 12, 21; JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 12, 18; A 23, 17d; Lu 1, 17d] I-5
rasp raspel: raspel (Gronsveld, ... ) rasp || rasp (rief, raspel, raps) [N 20 (zj)] III-2-1
raspen raspelen: raspele (Gronsveld, ... ) raspen; Hoe noemt U: Met een rasp fijn maken (raspelen, raspen, rieven) [N 80 (1980)] III-2-1, III-2-3
ratelpopulier popelaar: ideosyncr.  pôpeleer (Gronsveld) De ratelpopulier; heeft bijna ronde bladeren met een gegolfde rand die aan lange platte stelen zitten; bij een beetje wind bewegen ze schuin langs elkaar, wat een ritselend geluid geeft (drilboom, vuilboom, klater, fledderaar, klaterteer, klatelleer). [N 82 (1981)] III-4-3