e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q193p plaats=Gronsveld

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vuurtang, sinteltang tang: taŋ (Gronsveld) vuurtang [N 05A (1964)] III-2-1
vuurvaste mortel chamottespijs: jǝmot[spijs] (Gronsveld) Mortel voor vuurvast metselwerk. Vuurvaste mortel wordt volgens de invuller uit L 321 gebruikt voor stoomketels, kachels en fornuizen. Zwiers II (pag. 548) geeft als grondstoffen voor vuurvaste mortel: zeer schrale klei of één deel portlandcement en drie delen zand met zo weinig mogelijk water aangemaakt. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '-(spijs)' het lemma 'Mortel'. [N 30, 38c] II-9
vuurvaste stenen vuurvaste brikken: vȳrvastǝ brekǝ (Gronsveld) Stenen die bestand zijn tegen vuur. Zij worden onder meer gebruikt bij de bouw van ovens. Het woorddeel chamotte- in de woordtypen chamottestenen en chamottebrikken verwijst naar het mengsel van fijngemalen scherven dat bij dit soort stenen aan de klei wordt toegevoegd. [N 30, 54b; N 98, 160 add.] II-8
vuurvaste tegels ovenstenen: oǝvǝštęjn (Gronsveld), plavuizen: plavuizen (Gronsveld) De vuurvaste tegels waaruit de ovenvloer bestaat. [N 29, 4b; monogr.] II-1
waaienx bijzen: beize (Gronsveld), waaien: weije (Gronsveld) waaien [N 22 (1963)] III-4-4
waaks waaks: Gronsveld Wb  wäoks (Gronsveld) Hoe noemt u goed, ijverig waken, gezegd van een hond (gewarig, waaks, waakzaam) [N 83 (1981)] III-2-1
waar juste (fr.): zjus (Gronsveld) waar, betrouwbaar III-1-4
waarde van 30 stuiver daalder: e’nen daalder (Gronsveld) waarde van 30 stuiver = F 1,50 [daalder, dolde?] [N 21 (1963)] III-3-1
waarde van 6 stuiver shilling (eng.): e’ne sjilling (Gronsveld) waarde van 6 stuiver [een schilling?] [N 21 (1963)] III-3-1
waarderen estimeren: ekstemere (Gronsveld), tellen: telle (Gronsveld), waarderen: waardere (Gronsveld) op de juiste of op hoge waarde schatten, op prijs stellen [waarderen, tellen] [N 85 (1981)] || waarderen III-1-4