33542 |
tuinkervel |
kelver:
kélver (Q193p Gronsveld),
ideosyncr.
kelver (Q193p Gronsveld)
|
kervel || Tuinkervel; een één of tweejarig kruid, 30-60 cm hoog, met witte bloemen; de bladeren worden gebruikt in soep, sausen en salade (kervel, gervel, kelver, scharnpiep). [N 82 (1981)]
I-7
|
33615 |
tuinman, boomkweker |
boomkweker:
JK Begrip te splitsen? veel samenstellingen met boom- uit RND zijn geconstrueerd; de andere hebben de ruimere betekenis van tuinman.
boͅu̯mkwekər (Q193p Gronsveld)
|
[RND 08]
I-7
|
18710 |
tuinwant |
tuinhaas:
tuinhaase (Q193p Gronsveld),
tûinhaas (Q193p Gronsveld)
|
handschoen van grove stof of leer gebruikt bij het "sjère"van de meidoornheg || wanten, dikke, vaak leren ~, om in doornheggen te werken [tuunen, tuinheisje, döörheusje] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
19512 |
tuit |
tuit:
tuet (Q193p Gronsveld),
tuitel:
tuitel (Q193p Gronsveld),
tèùtel (Q193p Gronsveld)
|
tuit || tuit van de waterketel van koper of ijzer en met hengsel en tuit [N 20 (zj)]
III-2-1
|
20746 |
tulband |
turkse muts:
törkse möts (Q193p Gronsveld)
|
Tulband (redong, bont, bontekoek, turkse muts, sultan?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
20036 |
tulp |
tulp:
tuelep (Q193p Gronsveld)
|
tulp
III-2-1
|
34204 |
tussenklauwontsteking |
gespleten hoef:
gǝšpliǝtǝn hōf (Q193p Gronsveld),
slak:
šlɛk (Q193p Gronsveld)
|
Door het binnendringen van scherpe voorwerpen zoals spijkers, stenen of strohalmen tussen de klauwen van een koe kunnen kleine wondjes ontstaan. Door infectie kan een pijnlijke zwelling ontstaan, waardoor de klauwen van elkaar kunnen worden gewrongen. Tussenklauwontsteking is vaak een naziekte van mond- en klauwzeer. Zie ook het lemma ''tussenklauwontsteking'' in wbd I.3, blz. 482-483. [N 3A, 81; N 52, 10; A 48A, 14]
I-11
|
21491 |
tussenpersoon |
maquignon (fr.):
makkeljoûng (Q193p Gronsveld)
|
een tussenpersoon in de handel (van producent naar winkelier) [makkeljon] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
21618 |
twee centiem |
belse cent:
e’ne Belsje seènt (Q193p Gronsveld)
|
koperen munt van 2 centiem [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21626 |
twee frank |
dobbele frank:
enen dobbele frang (Q193p Gronsveld)
|
2 franc, een ~ (van zilver) [N 21 (1963)]
III-3-1
|