e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gruitrode

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
homp, brok, klont klot: klot (Gruitrode) kluit [ZND 28 (1938)] III-4-4
hond hond: ho.nt (Gruitrode), hond (Gruitrode, ... ), hōnt (Gruitrode), hoͅnt (Gruitrode) hond [Goossens 1b (1960)], [ZND 01 (1922)], [ZND 08 (1925)], [ZND 21 (1936)], [ZND m] III-2-1
hondenhok hondkooi: hòndkuuj (Gruitrode), hondskooi: hoͅntskōi̯ (Gruitrode), hòndskuuj (Gruitrode) hondenhok [ZND 38 (1942)] III-2-1
hondsdolheid razend zijn: (de koe is) rǭzǝnt (Gruitrode) Een bij honden, wolven, vossen en andere dieren voorkomende infectieziekte die door een beet kan worden overgebracht, ook op koeien. Zie ook het lemma ''hondsdolheid'' in wbd I.3, blz. 486. [N 52, 12b; A 48A, 25] I-11
honing honing: hūjǝ.neŋ (Gruitrode), hūǝnǝŋ (Gruitrode) Produkt door de bijen uit bloemvocht of nectar bereid en afgezet in de cellen van de raten. Honing is een zoete stof die door mensen als voedingsmiddel wordt gebruikt. [N 63, 43b; N 63, 111; L 1a-m; L 35, 105; S 14; S 38, JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 128; A 9, 8; monogr.] II-6
honingpers honingpers: hũ̄.neŋpors (Gruitrode) Apparaat waarmee de gevulde honingraten geperst worden om zo de honing te oogsten. De honingpers was al in gebruik bij de korfteelt. Men kent verschillende vormen vervaardigd van onder meer eike- of beukehout. Een honingpers is voorzien van een kuip waarin de geperste honing opgevangen wordt. Verder is er een hendel en een schroef waarmee men het persblok vastdraait op de zak met ruwe honing. [N 63, 122a; JG 1a+1b; JG 2b-5; N 63, 122c; monogr.] II-6
hoofd kop: de ôre van ziene kop (Gruitrode), kop (Gruitrode) de aderen van zijn voorhoofd [ZND 19 (1936)] || Een groot voorhoofd. [ZND 08 (1925)] III-1-1
hoofddoek kapje: kɛpkǝ (Gruitrode), plag: plax (Gruitrode) Hoofdbedekking ter bescherming tegen de felle zon in de oogsttijd. De laatste opgaven van het lemma, met het type hoed, zijn allicht geen hoofddoeken, maar hoofdbedekkingen. [JG 1a, 1b, 1c, 1d, 2c] I-4
hoofdkaas hoofdkaas: heikees (Gruitrode), heikiês (Gruitrode), hɛitkīəs (Gruitrode), Ook hier staat heid voor hoofd Di-j van Miêve wère waal ins de Heikiêsvrèters geneemd: ze make den heikiês möt de moertelmiêle  heidkiês (Gruitrode) gehakt vlees [ZND 35 (1941)] || hoofdkaas [Goossens 1b (1960)] III-2-3
hoofdkussen kussen: køͅsə (Gruitrode) hoofdkussen [ZND 27 (1938)] III-2-1