| 21732 |
dwangbuis |
dwangbuis:
dwangbuus (Q203p Gulpen)
|
een op de rug sluitend jasje met lange mouwen om in razernij verkerende krankzin-nigen het gebruik van hun armen te ontnemen [dwangbuis, zotkapootje] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 21165 |
dwarsbalk |
biels:
biels (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen)
|
de houten, stalen of gewapend betonnen dwarsbalk waarop de rails bevestigd zijn [biels, biel] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 23356 |
dwarsbeuk |
dwarsbeuk:
dweëesjbeuk (Q203p Gulpen)
|
Het dwarsschip, de dwarsbeuk van een kruiskerk [transept?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
| 19330 |
dwarsdrijven |
warsdrijven:
weèjesjdrieve (Q203p Gulpen)
|
dwarsdrijven [SGV (1914)]
III-1-4
|
| 19345 |
dwarsdrijver |
dwarsdrijver:
dwêschdriever (Q203p Gulpen),
warsdrijver:
weèjesjdriever (Q203p Gulpen),
weësjdriever (Q203p Gulpen)
|
dwarsdrijver [SGV (1914)] || iemand die zonder goede reden altijd tegen spreekt; die altijd anders wil dan de meerderheid [dwarserik] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 18802 |
dwaze streek |
flater:
flater (Q203p Gulpen)
|
een dwaze streek [woei] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 18904 |
dwaze, onbezonnen daad |
actie:
actie (Q203p Gulpen),
kapsones:
kapsone (Q203p Gulpen)
|
een dwaze onbezonnen daad [akt, actie, kapsie] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 19504 |
dweil |
dweil:
dweͅi̯l (Q203p Gulpen),
schrobdoek:
šrup˂dōk (Q203p Gulpen)
|
grove doek waarmee vloeren, stoepen, etc samen met water worden schoongemaakt [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
| 19657 |
dweilen |
schrobben:
šrubə (Q203p Gulpen)
|
stenen of houten vloeren, stoepen, etc. met behulp van water en een grove doek schoonmaken [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
| 19260 |
dwingen |
dwingen:
dwinge (Q203p Gulpen),
dwingen (Q203p Gulpen)
|
het iemand onmogelijk maken anders dan op een bepaalde wijze te handelen [dwingen, nopen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|