21857 |
onbruikbare voorraad |
prul:
prul (Q203p Gulpen)
|
allerlei slechte en onbruikbare voorraad [breggel, plodder, bocht, bagage] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
25496 |
onderbeschuit |
bodem:
bǭm (Q203p Gulpen)
|
Er was gevraagd naar de "onderkant van de beschuit". Het kan echter zijn dat een enkel woordtype duidt op "beschuit die van het onderste gedeelte van de beschuitbol wordt gebakken". [N 29, 65b]
II-1
|
24637 |
ondereinde van de stam |
voet:
WLD
vôôt (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen),
vot:
vot (Q203p Gulpen),
Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones
de vot (Q203p Gulpen)
|
Het dikke uiteinde van de stam, onderaan (voet, kont, gat, kop). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
21351 |
onderhands |
onderhands:
onderhandsch (Q203p Gulpen)
|
onderhandsch [SGV (1914)]
III-3-1
|
18257 |
onderhemd |
hemd:
è sjon himd (Q203p Gulpen),
ps. niet omgespeld.
hĭmd (Q203p Gulpen)
|
hemd [SGV (1914)] || schoon [o] [een ~ hemd] [SGV (1914)]
III-1-3
|
25492 |
onderkant van het brood |
bodem:
bǭm (Q203p Gulpen)
|
[N 29, 54b; monogr.]
II-1
|
19395 |
onderkussen, peluw |
hoofdpeluw:
höppel (Q203p Gulpen),
høͅpəl (Q203p Gulpen)
|
Langwerpig, rond onderkussen onder het hoofdkussen (peul, pulling, uppeling, kopkussen) [N 79 (1979)] || peluw [SGV (1914)]
III-2-1
|
17619 |
onderlip |
onderlip:
onderlip (Q203p Gulpen),
ŏŏnderlip (Q203p Gulpen)
|
onderlip [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
25509 |
onderoven |
droogruimte:
dryǝxrymdǝ (Q203p Gulpen)
|
De ruimte beneden in de oven. Deze onder-oven heeft zowel in het bakhuis als in de bakkerij verschillende gebruiksmogelijkheden. De as wordt erin geborgen en eventueel wordt het hout erin gedroogd. Soms functioneert deze ruimte als rijsplaats voor het brood. Aardappelen kunnen erin bewaard worden evenals rapen, wortelen en bieten. Zelfs broedgrage hennen worden erin opgesloten (Weyns 68). De informant van Q 97 vermeldt nog de functie van "weegplaats voor fruit" voor deze onveroven, waarvan de informant uit L 269a zegt dat die zes vierkante meter groot is. Zie afb. 10. [N 29, 5a; N 29, 5b; monogr.]
II-1
|
21148 |
onderstuk van een rijtuig |
rader:
de Raar (Q203p Gulpen)
|
het onderstuk van een rijtuig [trein] [N 90 (1982)]
III-3-1
|