e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q203p plaats=Gulpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verwend kindje verwende aap: verwende aap (Gulpen), verwende bul: verwende buul (Gulpen), verwende piezel: cf. VD s.v. "piezel"2. (gew.) klein, mager, tenger kindje  ene verwende piezel (Gulpen), verwende poet: ene verwende poet (Gulpen) een bedorven, door en door verwend kind [babaard, babbe, kinnebaba] [N 87 (1981)] III-2-2
verwensen verwensen: verwunsje (Gulpen), verwusche (Gulpen) iemand kwaad toewensen [wensen, verdijen, verwensen] [N 85 (1981)] III-3-1
verzoek verzoek: verzeuk (Gulpen), verzäök (Gulpen), vraag: vraog (Gulpen) het vragen iets te willen doen, verzoek [bede] [N 85 (1981)] III-3-1
verzuimen nalaten: naolaote (Gulpen), verzuimen: verzôme (Gulpen) nalaten te doen wat men opgedragen gekregen heeft of wat men beloofd heeft [verzuimen, schrikken, fouten] [N 85 (1981)] III-1-4
vespers vesper (lat.): de vesper (Gulpen), də vɛspər (Gulpen) De op grote feesten gehouden namiddagdienst waarin door het koor psalmen worden gezongen: de vespers, de vesper. [N 96B (1989)] || de vespers [RND] III-3-3
vest gracht: grach (Gulpen), kamizool (<fr.): kammezol (Gulpen), vesting: vesting (Gulpen, ... ) de aarden wal rondom een stad of gracht [vesting, vest] [N 90 (1982)] || vest (kleedingstuk) [SGV (1914)] III-1-3, III-3-1
vetmesten masten: mastǝ (Gulpen), mesten: mɛstǝ (Gulpen) Vee vetmesten, in het bijzonder gezegd van stiertjes, kalveren en vaarzen. [N 38, 26; N 3A, 75a, 75b, 75c, 76 en 77a; monogr.] I-11
veulen veulen: vø̄ǝlǝ (Gulpen) Jong paard, gewoonlijk tot de leeftijd van twee en een half jaar. [JG 1a, 1b; A 4, 2d; L 20, 2d; L A1, 262; N 8, 1; Gwn 5, 10; RND 107; S 40; Wi 4; monogr.] I-9
viaticum laatste communie (<lat.): de letste kemune (Gulpen) De H. Communie als teerspijs voor een stervende, viaticum. [N 96D (1989)] III-3-3
victoria victoria: victoria (Gulpen) Vierwielig rijtuig voor vier personen, die per twee tegenover elkaar zitten, met twee deurtjes en met alleen een achterkap. In tegenstelling tot de barouche heeft de victoria geen deurtjes en een lage instap. De koetsier heeft een aparte bok. [N 101, 15] I-13