e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gutshoven

Overzicht

Gevonden: 858
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nestverlater al vlug: zɛ zaiən al vløk (Gutshoven) jonge vogel in staat uit te vliegen [ZND 36 (1941)] III-4-1
nicht nicht: nīēch (Gutshoven) nicht; de kinderen van een oom of tante [ZND 11 (1925)] III-2-2
noodbed, kermisbed paljas: pailjas (Gutshoven) noodbed, kermisbed [ZND 40 (1942)] III-2-1
ochtend (vanmorgen ochtend: hə mərgət (Gutshoven) s morgens) [ZND 39 (1942)] III-4-4
ogenblikje, korte tijd, eventjes eens: ps. omgespeld volgens IPA; of gewoon overnemen: ns?.  eͅns (Gutshoven) even [ZND 34 (1940)] III-4-4
oksaal oksaal: ənə sxonən aksxoəl (Gutshoven) Een schoon (d)oksaal (waar het orgel zich bevindt in de kerk). [ZND 39 (1942)] III-3-3
ongeordende hoeveelheid, chaos boel: boel (Gutshoven, ... ), nest: nijis (Gutshoven, ... ), nijs (Gutshoven, ... ), nɛiəs (Gutshoven, ... ), santeboetiek: santəbətik (Gutshoven, ... ) boel [ZND 01 (1922)], [ZND 32 (1939)], [ZND 33 (1940)] III-4-4
ontbijt eerste caf, de -: də jostə kafi (Gutshoven) de eerste maaltijd van de dag [ZND 40 (1942)] III-2-3
ontbijtkoek, peperkoek peperkoek: piepərkuk (Gutshoven) peperkoek [ZND 40 (1942)] III-2-3
onwel kwalijk: kolək (Gutshoven), ontsteld: ontstɛlt (Gutshoven) hij is niet al te wel; hij is onpasselijk (de echte dialectwoorden hiervoor) [ZND 32 (1939)] III-1-2