e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Guttecoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kast voor liturgische gewaden credens (<it.): credens (Guttecoven), kast: kast (Guttecoven) De kast(en) waarin deze gewaden liggend worden opgeborgen. [N 96A (1989)] III-3-3
kastplank bred: breͅt (Guttecoven) plank in een kast [DC 16 (1948)] III-2-1
kat kat: kat (Guttecoven) kat [SGV (1914)] III-2-1
katapult katapult: katapült (Guttecoven) Hoe noemt men het speeltuig, bestaande uit een gevorkt takje, aan de uiteinden waarvan een elastiekje is vastgemaakt en waarmee jongens steentjeswegschieten? [DC 23 (1953)] III-3-2
kater kater: kater (Guttecoven) kater hebben; Hoe noemt U: Zich niet lekker voelen de dag na een flinke drinkpartij (een kater hebben) [N 80 (1980)] III-2-3
katholiek katholiek (<fr.): katholiek (Guttecoven) katholiek [SGV (1914)] III-3-3
katoen katoen: katūn (Guttecoven) Uit katoendraden geweven stof. Leverancier van de katoendraad is een kruid-, struik- of boomachtige plant ø̄voor het grootste deel verbouwd in Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Egypte (macco of mako), Oost-Indië, China, Ethiopië en Ruslandø̄ (Bonthond, s.v. ø̄katoenø̄). [N 62, 85; N 62, 77; N 62, 75c; N 59, 201; MW; L 1a-m; L 27, 73; L 41, 40a; S 17; monogr.] II-7
kattegat kattelok: katǝlǭk (Guttecoven) Een al dan niet afgeschermde opening onder in de schuurpoort die katten in staat stelt om de schuur in te gaan om muizen en ratten te vangen. Blijkbaar wordt deze opening ook door kippen gebruikt. [N 4A, 42i; monogr.] I-6
kauw dool: daol (Guttecoven), dooltje: dölke (Guttecoven) Hoe heet de kauw? [DC 06 (1938)] || kauw (33 overal bekend; grijze nek en lichte ogen, rest zwart; broedt in gebouwen, schoorstenen en holle bomen; meestal in troepen; druk; roep [kja]; vaak tam gehouden [N 09 (1961)] III-4-1
kauwen kauwen: kauwe (Guttecoven), knauwelen: knawwele (Guttecoven) kauwen; Hoe noemt U: Voedsel met de tanden en kiezen fijnmaken (kauwen, knauwen) [N 80 (1980)] III-2-3