e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Guttecoven

Overzicht

Gevonden: 4202
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
de kaarten ronddelen geven: gēͅvə (Guttecoven) De kaarten ronddelen [delen, geven, hangen]. [N 88 (1982)] III-3-2
de kaarten schudden stoten: sjtoate (Guttecoven) Speelkaarten door elkaar mengen zodat volgkaarten goed verspreid liggen [schudden, schokken, wassen, schieten, mingelen]. [N 88 (1982)] III-3-2
de kaarten steken steken: sjteeke (Guttecoven) De kaarten op een bepaalde manier schudden om vals te kunnen spelen [steken]. [N 88 (1982)] III-3-2
de kerkgang maken de uitgang doen: den oetgank doon (Guttecoven) De kerkgang doen/maken. [N 96B (1989)] III-3-3
de kruisweg bidden de kruisweg beden: de kruutswaeg bèèe (Guttecoven) De kruisweg bidden (in de vastentijd, op Goede Vrijdag, na n begrafenis) [de kruutswèèg bèèje, de statioeëne beëne?]. [N 96B (1989)] III-3-3
de mei vieren meien: meije (Guttecoven) De tak, struik of vlag die geplaatst wordt op huizen in aanbouw. [N 88 (1982)] III-3-2
de middag luiden middag luiden: middig loewe (Guttecoven) Het angelus luiden rond het middaguur [het luidt......?]. [N 96A (1989)] III-3-3
de mis dienen de mis dienen: de mès deene (Guttecoven) De mis dienen [diene, de mès deene?]. [N 96B (1989)] III-3-3
de missie preken missie (<fr.) preken: missiepraeke (Guttecoven) De missie preken. [N 96B (1989)] III-3-3
de morgen luiden de morgensklok luiden: møͅrgəskloͅk (Guttecoven) Het angelus luiden in de ochtend [de morgenklok?] [het luidt......?]. [N 96A (1989)] III-3-3