e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Haanrade

Overzicht

Gevonden: 1350

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
anker, maat van 1/4 aam (39 l.) ankertje: en⁄kersje (Haanrade) vat (klein) III-4-4
appel, overige soorten appel: ap’pel (Haanrade), handappel: hank’appel (Haanrade), huisappel: klein soort, geschikt om te stoven  hoes’appel (Haanrade), paradijsappel: paradies’-eppel (mv.) (Haanrade) appel || appel, soort || handappel || paradijsappel I-7
appelbol kallemol: kallemol’ (Haanrade), kollemol: Ook: kallemöl ¯t kink hat beks-jere wie kallemölsjere  kollemol’ (Haanrade) appelbol III-2-3
appelmoes appelcompte: ap’pelkompot (Haanrade), compte: meestal  kompot’ (Haanrade) appelmoes III-2-3
appelvink appelvink: ap’pelvink (Haanrade) appelvink III-4-1
armleuning leen: leən (Haanrade) leuning van stoel III-2-1
as van het vuur fommendrek: foͅmədrɛk (Haanrade), kluitendrek: klytədrɛk (Haanrade), oudding: ōͅt˂deŋk (Haanrade) as van de klompen kolengruis vermengd met leem || as van ‘fomme’ || verbrandingsresten van kolen (uit de kachel) III-2-1
asbak assenbak: ɛ̄š˂bak (Haanrade) asbak III-2-1
aslade asseschot: mv. Æß\\ß‹s\\r  ɛ̄šəšōͅs (Haanrade), vuurschot: vy(3)̄ršōͅs (Haanrade) asla III-2-1
asperge spargel: sjpargel (Haanrade) asperge I-7