e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Haanrade

Overzicht

Gevonden: 1350
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nauw, eng eng: eng (Haanrade), knap: knap (Haanrade), nauw: näu (Haanrade) nauw, eng III-4-4
neef nonkenjong: nón’kejong (Haanrade), nonkenjongetje: nón’kejöngs-je (Haanrade), vetter (du.): kind van oom of tante  fet’ter (Haanrade) neef || neef, oomzegger || neefje III-2-2
neet, luizenei neet: nis (Haanrade) neet III-4-2
nest nest: nès (Haanrade) nest III-4-1
nest, hoeveelheid jongen hik: ook: broedsel van vogels  hik (Haanrade), worp: v konijnen bijv.  wórp (Haanrade) worp || worp van zoogdieren III-4-2
nestverlater vlug: fluk (Haanrade) gereed om uit te vliegen III-4-1
nicht tantenkind: tan’tekink (Haanrade), tantenkindje: troetelkind van tante  tan’tekinke (Haanrade) nicht, troetelkind van de tante || nichtje III-2-2
nietsnut lui-man: löan (Haanrade), niksnuts: nieks’nóts (Haanrade), niksnutser: nieks’nutser (Haanrade), votlok: vót’laoch (Haanrade) nietsnut || vent van niks III-1-4
nieuwsgierig nieuwsgierig: nui’sjierieg (Haanrade) nieuwsgierig III-1-4
nieuwsgierigaard gapeman: gaper  ja’peman (Haanrade) nieuwsgierige III-1-4