e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P048p plaats=Halen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krielkip kooshennetje: kǭǝshęnǝkǝ (Halen), kriezelhennetje: krizǝlhɛnǝkǝ (Halen) Een krielkip is een soort kleine kip. [N 19, 42; monogr.] I-12
krijgertje spelen achtereen lopen: achterieën (Halen), tikkertje spelen: tikkertje (Halen), /  tikkertje (Halen) / [SND (2006)] || Het kinderspel waarbij één kind de anderen tracht te tikken? [WVD 153 (2005)] || Lievelingsspel 1. [SND (2006)] III-3-2
kroeshaar krulhaar: kroͅlhūr (Halen) kroeshaar [N 10 (1961)] III-1-1
krols heet: hiət (Halen) loops, geslachtsdriftig ve kat [N 19 (1963)] III-2-1
kroonkandelaar, luster luster: algemeen  lystər (Halen) lamp/ luchter; inventarisatie soorten en gebruiksmogelijkheden; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
kruidnagel kruidnagel: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m, 15-10  kreudnagel (Halen) een kruidnagel (specerij, met een scherpe smaak, in de vorm van een spijker; Fr. clou de girofle) [ZND 01u (1924)] III-2-3
kruim hart: Syst. Frings  heͅt (Halen) Het zachte binnenste van het brood (kruim?) [N 16 (1962)] III-2-3
kruin kruin: krø͂ͅn (Halen) kruin van het hoofd [N 10 (1961)] III-1-1
kruipend ongedierte gewormte: gəwərmtə (Halen), wormen: wərəmə (Halen) wormachtig en kruipend gedierte [N 26 (1964)] III-4-2
kruis kruis: krø̜̄s (Halen, ... ), krø̜s (Halen) Beenderenstelsel aan het einde van de rug. [N 3A, 109] || Kruising van ruggegraat en achterheupen, uitlopend in de staart en staartwortel. Zie afbeelding 2.31. [JG 1a, 1b; N 8, 13 en 14] I-11, I-9