e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P048p plaats=Halen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tweede klaveroogst tweede snede: twedǝ snēi̯ (Halen) In verband met de benamingen voor nagras is de informanten ook gevraagd of ze een specifiek woord kenden voor de tweede klaveroogst; hier zijn alleen de opgaven opgenomen die afweken van die voor ''nagras''. [N 14, 128c] I-3
tweede verkoping toewijzing: ps. omgespeld volgens Frings.  tuwēͅzeŋ (Halen), tweede zitdag: ps. omgespeld volgens Frings.  twedə zetax (Halen) de tweede verkoping i.v.m. een openbare verkoping van onroerende goederen, waarbij wordt afgemijnd [de toeslag?] [N 21 (1963)] III-3-1
tweespeen tweedeem: twiǝdøm (Halen) Koe die slechts uit twee spenen melk geeft. [N 3A, 66] I-11
twijg wisje: wiskǝ (Halen) Vaak wordt in plaats van een zweep ook een twijg gebruikt om het paard aan te vuren. [JG 1a, 1b; monogr.] I-10
twintig frank stuk van twintig frank: ps. invuller heeft hierbij geen fonetische notering gegeven.  stuk van 20 frank (Halen), twintig frank: ps. omgespeld volgens Frings.  twentəx fraŋ (Halen) 20 franc, een ~ (wit metaal) [N 21 (1963)] III-3-1
ui, ajuin ajuin: ajoën (Halen), djuin: djeun (Halen), djø͂ͅn (Halen), dzjeun (Halen), žø͂ͅn (Halen), juin: gjø͂ͅn (Halen) ajuin [ZND 01 (1922)] || ajuin (sg) [Goossens 1b (1960)], [Goossens 2a (1963)] I-7
uier uier: ø̜̄r (Halen, ... ), ø̜̄ǝr (Halen), ø̜r (Halen) [JG, 1b; A 30, 6e; L 49, 6e; N 8, 39a en 39b]De melkklier van de koe zoals zij zich uitwendig vertoont onder aan de buik. Op de kaart is het woordtype uier niet opgenomen. [JG 1a, 1b; Gwn V, 7; L 8, 24a; L 14, 27a; RND 127; S 38; Wi 51; monogr.] || Uier, alle tepels samen. [N 19, 19b; JG 1a, 1b] I-11, I-12, I-9
uieren uieren: (de koe) ø̜rt (Halen) Een zwellende uier krijgen in de draagtijd, gezegd van de koe. [N 3A, 35; A 9, 16; monogr.] I-11
uit de hand verkopen prullen: ps. omgespeld volgens Frings.  prələ (Halen), rommel: ps. omgespeld volgens Frings.  ruməl (Halen), versjacheren: ps. omgespeld volgens Frings.  vəršaxərə (Halen) Kleinigheden uit de hand verkopen [soelieje?] [N 21 (1963)] III-3-1
uiteen poten wijd van malkanderen: wē̜i̯t fa mǝkandǝrǝ (Halen) De pootaardappelen verder uiteen zetten dan men gewoonlijk doet. Bij de bijwoordelijke uitdrukkingen in dit lemma moet steeds het werkwoord voor "poten": ɛpoten, plantenɛ of ɛzettenɛ, worden toegevoegd; zie daartoe het lemma Poten. [N M, 18b] I-5