e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Halen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pols pols: poͅls (Halen) pols [N 10b (1961)] III-1-1
polsmof moffel: muf(əl) (Halen), mufəl (Halen) polsmof, kort gebreid kledingstuk ter verwarming van pols en hand [sjtoek, polsmof, handmufke, armmufke, molleke, moefke] [N 23 (1964)] III-1-3
pommelee, appelschimmel gebloemd: gǝblumt (Halen), pommelee: pumǝ`lęi̯ (Halen) Paard met ronde, glanzende plekken in de vorm van appels in het haarkleed, van binnen wit en van buiten zwart. De afwisseling van zwarte en witte haren vormt een cirkelvormig patroon, vooral op de schouders en het kruis. [JG 1a, 1b; N 8, 63c, 63d en 63e] I-9
pompon van een muts floche (fr.): floš (Halen), floͅš (Halen) pluim van een muts [floes] [N 25 (1964)] III-1-3
ponder pondel: diegene die konijnenhuiden of vodden aan de huizen komen opkopen, hebben dit soort weegschalen bij om het gekochte te wegen  peŋəl (Halen), meestal gebruikt door voddenopkopers  pøŋəl (Halen) Weeginstrument met trekveerwerking. [N 18 (1962)] III-3-1
poort poort: pōǝt (Halen), pǭǝt (Halen) Opgenomen zijn de benamingen die de poort in het algemeen. Zie ook de lemmata "stalpoort, staldeur" (2.1.3) en "schuurpoort" (3.1.2). Zie de afbeeldingen 22, (a) ronde poort; 23, (b) rechthoekige poort; en 24, (c) details van de poort. In de toegevoegde klankkaart zijn de lengte van klinker en de gevallen van pseudo-klankverschuiving van de slot-t aangegeven. Zie afbeelding 18. [N 7, 48a; JG 1a, 1b; A 10, 7a en 7b; L A2, 286; L 5, 56; L 12, 5; R (s] I-6
poot poot: poǝt (Halen  [(mv poǝtǝ)]  ) Tussen haakjes de meervoudsvorm. [JG 1a, 1b] I-9
poot omhoog poot: pūu̯t (Halen) Voermansroep om de hoef of voet op te lichten. [N 8, 95k] I-10
pootjesblaas slijmblaas: slē̜jǝmbluǝs (Halen), tweede blaas: twedǝ bluǝs (Halen) De tweede blaas waarin de voorpoten van het kalf zitten. [N 3A, 52b] I-11
pop pop: pop (Halen) Lievelingsspel 1. [SND (2006)] III-3-2