20166 |
zindelijk |
proper:
proper (L320c Haler)
|
zindelijk; de aandrang der natuurlijke behoeften beheersend, zindelijk gezegd van kinderen [N 86 (1981)]
III-2-2
|
33721 |
zoden afsteken |
steken:
stē̜kǝ (L320c Haler)
|
Een object russen, vlaggen, zoden enzovoorts is niet gedocumenteerd. [N 14, 78; N 27, 39g; N 18, add.; JG 1b]
I-8
|
20283 |
zogen, voeden (overg.) |
de mem geven:
de mem geven (L320c Haler)
|
borstvoeding geven: Een kind aan de borst voeden (minnen, de mem geven, houden). [N 84 (1981)]
III-2-2
|
23765 |
zon- en feestdagen |
vrije dagen:
vriedaag (L320c Haler)
|
Zon- en feestdagen (ledige dagen) . [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23933 |
zondag |
zondag:
zunjeg (L320c Haler)
|
De zondag, dag des Heren. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23810 |
zondag voor pinksteren |
zondag tussen hemelvaart en pinksten:
sunjig tussen hemelvaart en pinkste (L320c Haler)
|
De zondag vóór Pinksteren (Rozenzondag). [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23339 |
zonde |
zonde:
zunj (L320c Haler)
|
Een zonde [zund, zung]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
20286 |
zuigfles |
tutter:
tutter (L320c Haler)
|
zuigfles; een fles met speen om zuigelingen met melk te voeden [teuter, lots, tutter, teuterfles] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
21324 |
zuinig |
zuinig:
zuinig (L320c Haler)
|
van zijn bezit telkens een zo klein mogelijk gedeelte uitgevend om te sparen [zuinig, econoom, civiel, benauwd, kiem] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
20518 |
zure haring |
rolmops:
rolmops (L320c Haler)
|
rolmops; Hoe noemt U: Een haring in het zuur (rolmops) [N 80 (1980)]
III-2-3
|