20524 |
homp brood |
knoef:
knōēf (L286p Hamont)
|
homp; Hoe noemt U: Een dik stuk brood (homp, fomp, facht, hoft, knods, knoft, kreeuw) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
25062 |
homp, brok, klont |
klot:
klot (L286p Hamont)
|
kluit [ZND 28 (1938)]
III-4-4
|
19784 |
hond |
hond:
hond (L286p Hamont),
hont (L286p Hamont),
hōnt (L286p Hamont),
hŏnd (L286p Hamont),
hoͅnt (L286p Hamont)
|
hond [Goossens 1b (1960)], [Willems (1885)], [ZND 08 (1925)], [ZND 21 (1936)], [ZND m]
III-2-1
|
19782 |
hondenhok |
hondshok:
hoͅnshoͅk (L286p Hamont),
hoͅntshoͅk (L286p Hamont)
|
hondenhok [ZND 38 (1942)]
III-2-1
|
21622 |
honderd frank |
honderd frank:
ps. omgespeld volgens Frings.
hoͅndərt fraŋ (L286p Hamont)
|
100 franc, een ~ (wit metaal) [N 21 (1963)]
III-3-1
|
20614 |
honger hebben |
honger hebben:
hoŋər heͅmən (L286p Hamont, ...
L286p Hamont)
|
honger hebben [schrok hebbe] [N 10 (1961)]
III-2-3
|
20623 |
hongerig |
hongerig:
hoŋərəx (L286p Hamont),
hoͅŋərəx (L286p Hamont)
|
hongerig [greeg] [N 10 (1961)]
III-2-3
|
21043 |
honing |
honing:
hō.neŋ (L286p Hamont),
hōneŋ (L286p Hamont)
|
Produkt door de bijen uit bloemvocht of nectar bereid en afgezet in de cellen van de raten. Honing is een zoete stof die door mensen als voedingsmiddel wordt gebruikt. [N 63, 43b; N 63, 111; L 1a-m; L 35, 105; S 14; S 38, JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 128; A 9, 8; monogr.]
II-6
|
28675 |
honingpers |
pers:
pęrs (L286p Hamont)
|
Apparaat waarmee de gevulde honingraten geperst worden om zo de honing te oogsten. De honingpers was al in gebruik bij de korfteelt. Men kent verschillende vormen vervaardigd van onder meer eike- of beukehout. Een honingpers is voorzien van een kuip waarin de geperste honing opgevangen wordt. Verder is er een hendel en een schroef waarmee men het persblok vastdraait op de zak met ruwe honing. [N 63, 122a; JG 1a+1b; JG 2b-5; N 63, 122c; monogr.]
II-6
|
17570 |
hoofd |
kop:
de oâren van zienen kop (L286p Hamont),
koͅp (L286p Hamont, ...
L286p Hamont,
L286p Hamont,
L286p Hamont)
|
[N 10 (1961)]de aderen van zijn voorhoofd [ZND 19 (1936)] || hoofd [N 10b (1961)]
III-1-1
|