e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heek

Overzicht

Gevonden: 1225
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
katholiek katholiek (<fr.): katelīēk (Heek) katholiek [SGV (1914)] III-3-3
katoen katoen: kǝtūn (Heek) Uit katoendraden geweven stof. Leverancier van de katoendraad is een kruid-, struik- of boomachtige plant ø̄voor het grootste deel verbouwd in Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Egypte (macco of mako), Oost-Indië, China, Ethiopië en Ruslandø̄ (Bonthond, s.v. ø̄katoenø̄). [N 62, 85; N 62, 77; N 62, 75c; N 59, 201; MW; L 1a-m; L 27, 73; L 41, 40a; S 17; monogr.] II-7
keel, strot strot: sjtroat (Heek) strot [SGV (1914)] III-1-1
kennen kennen: kinne (Heek) kennen [SGV (1914)] III-1-4
kerel kerel: kêl (Heek) kerel [SGV (1914)] III-3-1
kerk kerk: kirik (Heek) kerk [SGV (1914)] III-3-3
kerkwaarts op de kerk aan: op de kirk a (aan) (Heek) kerkwaarts [SGV (1914)] III-3-3
kever, tor kever: #NAME?  kever (Heek), meikever: meikêver (Heek), snijder: ? / = watertor  sjnieder (Heek) kever [SGV (1914)] || tor [SGV (1914)] III-4-2
kibbelen enselen: ĕntsjele (Heek) kibbelen [SGV (1914)] III-3-1
kiel kiel: keel (Heek) kiel [SGV (1914)] III-1-3