18956 |
gluiperig |
gluiperig:
glūūpərig (L328p Heel),
luipetig:
loepentjig (L328p Heel)
|
gluiperig: hij is - [DC 16 (1948)] || huichelachtig, op bedekte wijze, niet open, niet eerlijk [gluips, gluiperig, slinks, wenslinks] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
23922 |
god de vader |
god de vader:
god de vader (L328p Heel, ...
L328p Heel)
|
God de Vader. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23890 |
godsdienstonderricht op zondag |
onderricht:
ôngerricht (L328p Heel)
|
Het godsdienstonderricht dat vroeger op zondagmiddag vóór het lof (d.w.z. van 14.30 tot 15.00 uur) werd gegeven aan jongeren die van school af waren). [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23426 |
godslamp |
godslamp:
gaodslamp (L328p Heel),
godslamp (L328p Heel)
|
De godslamp, de altijd brandende olielamp vóór het tabernakel van het hoofdaltaar of sacramentsaltaar [gods-, gôds-, gaods-, godeslamp]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23961 |
godslasteren |
godslasteren:
godslastere (L328p Heel),
godslasteren (L328p Heel)
|
Godslasteren, blasfemeren. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23960 |
godslastering |
godslastering:
godslanstering (L328p Heel),
godslastering (L328p Heel)
|
Een godslastering, blasfemie. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
34324 |
goed groeiend varken |
(ene) gelpe:
gɛlpǝ (L328p Heel)
|
[N 76, 17; JG 1a]
I-12
|
33919 |
goedaardige droes |
droes:
drus (L328p Heel)
|
Een infectieziekte in de keelstreek die vooral jonge paarden aantast. Tussen de besmetting en het uitbreken van de ziekte verloopt ongeveer èèn week. Dan treedt koorts op, gepaard met ontsteking van het neusslijmvlies, waarbij veel slijm wordt afgescheiden, dat na enkele dagen etterig wordt. Typisch voor deze ziekte is de klierzwelling tussen de beide takken van de onderkaak; snel wordt de gezwollen klier dan week, verettert en breekt door. Gewoonlijk verloopt de ziekte goedaardig. [A 48A, 28b; N 8, 89 en 90a; N 52, 15b, 24 en 25; monogr.]
I-9
|
23796 |
goede vrijdag |
goede vrijdag:
gooje vriedaag (L328p Heel),
gooje vriedig (L328p Heel)
|
De vrijdag in de week vóór Pasen, Goede vrijdag [Kaarvriediech]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23792 |
goede week |
goede week:
gooi waek (L328p Heel),
gooj waek (L328p Heel)
|
De week vóór Pasen [gooj week, kaarwèch]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|