19325 |
koppig |
eigenwijs:
eigəwīēs (L328p Heel),
koppig:
köppig (L328p Heel),
kopsig:
kø̜psex (L328p Heel),
wars:
Middelnederlands "wers
waêrs (L328p Heel),
waês (L328p Heel)
|
[JG 1a; A 48A, 41a; N 8, 64h]dwars, tegen de draad in || koppig [SGV (1914)] || vasthoudend aan eigen wil of inzicht [koppig, steeg, kop] [N 85 (1981)]
I-9, III-1-4
|
20109 |
korenbloem |
blauwbloem:
blau̯blōm (L328p Heel),
korenbloem:
kurǝblōm (L328p Heel),
kuǝrǝblōm (L328p Heel),
-
koeerebloom (L328p Heel),
koerebloom (L328p Heel)
|
Centaurea Cyanus L. Een niet meer zo algemeen voorkomende plant met blauwe bloemen, een spinselachtig behaarde stengel en dunne lancetvormige bladeren, die groeit in korenvelden, op zandgronden en in bermen. De plant bloeit van juni tot augustus en varieert in hoogte van 30 tot 60 cm. [A 13, 14; L 34, 31; monogr.; add. uit JG 1b] || korenbloem [DC 13 (1945)]
I-5, III-4-3
|
24539 |
kornoelje (alg.) |
konkernolletje:
konkernölke (L328p Heel)
|
kornoelje [SGV (1914)]
III-4-3
|
18013 |
kortademig |
dempig:
dempig (L328p Heel),
dĕmpig (L328p Heel)
|
dempig [SGV (1914)] || kortademig [kort, kortborstig, dempig] [N 10a (1961)]
III-1-2
|
34520 |
kortwieken |
toppen:
tøpǝ (L328p Heel)
|
Men kort de vleugels van een kip, opdat ze niet kan wegvliegen. Een object ''kip'' of ''vleugels'' is niet gedocumenteerd. [N 19, 53; S 19; L 28, 35; L 1a-m; monogr.]
I-12
|
21876 |
kostbaar |
kostelijk:
köstəlik (L328p Heel)
|
veel geld waard (zijn) [durabel, kostelijk, kostbaar] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
23274 |
koster |
koster:
køͅstər (L328p Heel, ...
L328p Heel)
|
De koster [köster, kuster, keuster?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23593 |
kosteres |
kosterse:
køͅstərsə (L328p Heel)
|
Een vrouw die het kostersambt uitoefent [kosteres, kosterin, kosterse?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21339 |
kostganger |
kostganger:
kostgenger (L328p Heel)
|
kostganger [SGV (1914)]
III-3-1
|
21550 |
kostschool |
kostschool:
kòstsjoewəl (L328p Heel),
pensionaat (<fr.):
pènsjənáát (L328p Heel)
|
een school waar de leerlingen tevens voeding en huisvesting ontvangen [kostschool, pensionaat, interntaat] [N 90 (1982)]
III-3-1
|