e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heel

Overzicht

Gevonden: 4616
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
begrafenismaal koffietafel: koffietaofel (Heel), kôffietaofel (Heel) het begrafenismaal [N 96D (1989)] III-2-2
begraven begraven: bəgráávə (Heel) een dode begraven [graven, zinken, begraven] [N 87 (1981)] III-2-2
begrijpen verstaan: verstaôn (Heel), vərsjtaon (Heel) begrijpen || met het verstand vatten, begrijpen [kennen, omvatten, begrijpen] [N 85 (1981)] III-1-4
begrip, besef begrip: begrip (Heel), benul: benul (Heel), bezei: bezej(je) (Heel) besef, notie, benul || een bewuste, duidelijke voorstelling [benul, belul, besef] [N 85 (1981)] || het vermogen om iets te begrijpen [begrip, begrijp] [N 85 (1981)] III-1-4
behang afdoen afsteken: āfštē̜kǝ (Heel), afweken: āfwęjkǝ (Heel), stomen: štǫwmǝ (Heel) Oud behang verwijderen. [N 67, 93a; N 67, 93b; N 67, 93c] II-9
behangborstel behangborstel: bǝhaŋbøstǝl (Heel) De borstel waarmee men het opgeplakte behang plat en effen strijkt. In Q 197 en Q 197a werd voor dit werk een oude doek gebruikt. [N 67, 94c] II-9
behangen behangen: bǝhaŋǝ (Heel) Zie kaart. De techniek van het opplakken van behangselpapier met alle bijkomende werkzaamheden zoals het aanbrengen van behangjute. [N 67, 92a; monogr.] II-9
behanger behanger: bǝhaŋǝr (Heel) Vakman die alle werkzaamheden verricht die voor het behangen van muren noodzakelijk zijn. Vroeger vervaardigde hij ook gordijnen. Zie ook het lemma 'Behangen'. [N 67, 98c; monogr.] II-9
behangjute jute: jytǝ (Heel) Weefsel, vervaardigd van grove vlas-, hennep- of jutevezels, dat men voor een slechte wand tegen een latwerk spant. [N 67, 96b] II-9
behangjute spannen spannen: španǝ (Heel) De stof spannen tegen een latwerk. Zie ook de toelichting bij het lemma 'Behangjute'. [N 67, 96c] II-9