34227 |
melkstoeltje |
melkstoel:
mɛlkstōl (L328p Heel)
|
Houten krukje met drie of vier poten waarop men zit bij het melken van de koeien. Zie afbeelding 10. [A 9, 13; A 42, 18a; JG 1d; monogr.]
I-11
|
17624 |
melktanden |
melktandjes:
mèlktendjes (L328p Heel)
|
melktanden [zuiktande, zeuktaant, mammetandjes] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
19930 |
melkzeef |
zijschotel:
zišōtǝl (L328p Heel)
|
Voorwerp waarmee men melk zeeft. Het is een soort vergiet met als bodem een doek. De melk wordt uit de melkemmer via deze melkzeef in de melkbus gegoten. Hierdoor blijven grove verontreinigingen achter. Zie afbeelding 11. [A 18, 11a; L 48, 35.Ia; Lu 2, 35.Ia; Gwn 8, 6; JG 1d; monogr.]
I-11
|
33554 |
meloen |
meloen:
WLD
məloen (L328p Heel)
|
Een meloen, de komkommerachtige oranjekleurige of groene, sappige, smakelijke vrucht (meloen, kanteloep). [N 82 (1981)]
I-7
|
19137 |
menen |
menen:
meine (L328p Heel),
meinə (L328p Heel)
|
menen, bedoelen || van mening zijn [peinzen, menen] [N 85 (1981)]
III-1-4, III-3-1
|
20149 |
mens (alg.) |
mens:
ook voor man en vrouw; zowel geringachting als sympathiek medelijden
mins (L328p Heel),
voor man en vrouw, verkleinwoord "minske"wordt uitsluitend met een medelijdend gevoel voor een vrouw gebruikt
mins (L328p Heel)
|
mens; wordt mensch gebruikt in de betekenis van man? Spreekt een vrouw b.v. van mn mensch?, wanneer ze haar man bedoelt? Komt het mensch voor in de betekenis van vrouw? En bedoelt men met die zegswijze alleen geringachting of ook sympathiek medelijden? [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
24212 |
merel |
merel:
maerel (L328p Heel),
mèrel (L328p Heel),
méérel (L328p Heel),
mêrel (L328p Heel),
merling:
maerling (L328p Heel),
méérling (L328p Heel)
|
Hoe heet de merel? [DC 06 (1938)] || merel [SGV (1914)]
III-4-1
|
17563 |
merg |
merg:
merg (L328p Heel, ...
L328p Heel)
|
[N 10a (1961)]merg [SGV (1914)]
III-1-1
|
33754 |
merrie |
meer:
mē̜r (L328p Heel)
|
Gebruikt als handels-, werk-, voermans- en als fokpaard. [JG 1a, 1b; A 4, 2a; L 11, 11; L 20, 2a; L A1, 92; S 27; Wi 4; monogr.]
I-9
|
33758 |
merrieveulen |
meerveulen:
mē̜rvø̜̄lǝ (L328p Heel)
|
Het vrouwelijk jong van een paard. [JG 1a, 1b; N 8, 3b]
I-9
|