e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
thuis thuis: toes (Heel) thuis [SGV (1914)] III-2-1
tien centiem knab: knàp (Heel) een muntstuk van 10 centimes (in België) [s(j)oe, sol, brak, knap, klomp] [N 89 (1982)] III-3-1
tiend tiende: tieentj (Heel) tiend [SGV (1914)] III-3-1
tientje van de rozenkrans tientje: tientje (Heel, ... ) Een tientje van de Rozenkrans [n jezets?]. [N 96B (1989)] III-3-3
tijdelijke aflaat tijdelijke aflaat: tiedelike aaflaot (Heel) Een tijdelijke aflaat. [N 96B (1989)] III-3-3
tijdverdrijf tijdkorting: tietkorting (Heel) tijdkorting [SGV (1914)] III-3-2
tijger tijger: tieger (Heel) tijger [SGV (1914)] III-3-2
tilbury sulki: sølki (Heel), tilbury: telbørii̯ (Heel) Tweewielig rijtuigje, meestal zonder kap, voor twee personen, dat door √©√©n paard getrokken wordt. De tilbury is lager dan de sjees. Er is geen aparte bok voor de koetsier. Af en toe is dit ook een meer algemene benaming voor een klein rijtuigje. [N 17, 5, add; N 101, 1 + 6-8; N G, 51, monogr] I-13
timmeren timmeren: tømǝrǝ (Heel) De algemene benaming voor alle werkzaamheden die verband houden met het timmermansvak. [N 55, 169; A 35, 21; L monogr.; monogr.] II-12
timmermansduimstok dubbele meter: dø̜bǝlǝ mē̜tǝr (Heel) De opvouwbare maatstok waarvan de delen ieder twintig of vijfentwintig cm lang zijn. De timmermansduimstok heeft dezelfde vorm als de gewone duimstok, maar is twee meter lang. [N 53, 184b] II-12