20414 |
peetoom |
peteren:
petere (Q105p Heer)
|
peetoom [SGV (1914)]
III-2-2
|
17911 |
persen |
persen:
pēērsche (Q105p Heer)
|
persen [SGV (1914)]
III-1-2
|
33566 |
perzik |
pche (fr.):
pês (Q105p Heer)
|
perzik [SGV (1914)]
I-7
|
18281 |
pet: algemeen |
muts:
muts (Q105p Heer),
möts (Q105p Heer),
pats:
ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.
patsch (Q105p Heer)
|
Hoe noemt men de pet, die bij het werk gedragen wordt? Welken vorm heeft deze? Indien geen pet, maar een muts door de mannen wordt gedragen, hoe noemt men deze dan? Welken vorm heeft ze? [DC 09 (1940)] || pet [SGV (1914)]
III-1-3
|
24927 |
petroleum |
ptrole (fr.):
petrol (Q105p Heer)
|
petroleum, minerale licht ontvlambare stof die vooral tot verlichting in lampen en als brandstof wordt gebruikt [petrol, peter-, stink-, bron-, brom-, gasolie] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
33522 |
peulen, doppen (ww.) |
leuten:
luite (Q105p Heer),
peulen:
poale (Q105p Heer)
|
[SGV (1914)]
I-7
|
20662 |
peulvruchten afhalen |
bonen ranken:
boene rĕnge (Q105p Heer)
|
boonen afhalen [SGV (1914)]
III-2-3
|
24224 |
piepen |
sjierpen:
sjirpe (Q105p Heer)
|
een zacht piepend geluid geven, gezegd van vogels (sjirpen, tjilpen, tjerpen) [N 83 (1981)]
III-4-1
|