21382 |
toonbank |
toonbank:
ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.
toenbank (Q105p Heer),
winkelbank:
ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.
winkelbank (Q105p Heer)
|
toonbank [SGV (1914)]
III-3-1
|
29108 |
tornen |
losdoen:
losdūn (Q105p Heer),
lossnijden:
losšnē̜jǝ (Q105p Heer)
|
De naad of steken losmaken en uithalen. [N 62, 22; A 4, 27b; L 20, 27b; Gi 1.IV, 20; MW; S 38]
II-7
|
23159 |
touwtjespringen |
springen:
/
springe (Q105p Heer)
|
touwtje springen [SND (2006)]
III-3-2
|
18917 |
traag |
langzaam:
ps. boven de a (van lang...) staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.
langsaam (Q105p Heer),
traag:
troag (Q105p Heer)
|
traag [SGV (1914)]
III-1-4
|
21384 |
trakteren |
trakteren (<lat.):
ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.
trakteere (Q105p Heer)
|
trakteeren [SGV (1914)]
III-3-1
|
17731 |
tranende ogen |
leeps:
leepsch (Q105p Heer)
|
leepogig [SGV (1914)]
III-1-1
|
19378 |
trap |
trap:
ene schmale tra͂p (Q105p Heer)
|
trap [een smalle ~ ] [SGV (1914)]
III-2-1
|
19850 |
trechter |
trechter:
trĕchter (Q105p Heer)
|
trechter [SGV (1914)]
III-2-1
|
19292 |
treiteren |
plagen:
ploage (Q105p Heer),
tergen:
tĕrrege (Q105p Heer),
tokken:
cf. WNT XVII-1, kol. 926 s.v. "tokken "12. Opm.: In Limb. "toeken"kwellen, tergen
tōēke (Q105p Heer)
|
kwellen [SGV (1914)] || sarren [SGV (1914)]
III-1-4
|
22743 |
trekharmonica |
monica:
monika (Q105p Heer)
|
harmonica [SGV (1914)]
III-3-2
|