21504 |
voorschieten |
voorschieten:
veursjeetə (Q105p Heer)
|
Voorlopig voor iemand betalen [verschieten? b.v. ik zal het wel voor u verschieten?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
18278 |
voorschoot, schort (alg.) |
scholk:
schŏlk (Q105p Heer)
|
voorschoot [SGV (1914)]
III-1-3
|
33353 |
voorstal, voedergang |
voerij:
vrei̯ (Q105p Heer)
|
Het voorste gedeelte van de stal, gelegen tussen de (brand)muur van het woongedeelte en de voedergoot van de koeien. In een enkele dwarsstal, waarin de koeien met de kop naar het woongedeelte gekeerd staan, is het tevens de voedergang. In een dubbele dwarsstal, waarin de koeien met de staart naar elkaar toe staan, is de voorstal meestal de wat bredere voedergang langs de voorste rij koeien. In een dubbele dwarsstal, waarin de koeien met de kop naar elkaar toe staan, bevindt de voorstal zich opzij van de dubbele koeienstand. In een dubbele langsstal, waarin twee rijen koeien in de lengterichting van de stal staan, is het de vrije ruimte tussen het woonhuis en de dubbele koeienstandplaats. In de voorstal wordt het voer klaar gemaakt, wordt voer voor direct gebruik bewaard en bevinden zich toestellen en machines, zoals bietensnijmachine en veevoederkookketel. De voorstal is soms een tussen stal en keuken gelegen, apart vertrek geworden. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel (stal) het lemma "stal" (2.1.2). Zie afbeelding 8. [N 5A, 34a, 40a, 46a en 48a; N 4, 72 en 77; S 50; monogr.]
I-6
|
23333 |
voorteken |
voorteken:
veurtēīke (Q105p Heer)
|
voorteeken [SGV (1914)]
III-3-3
|
34015 |
vooruit |
vooruit:
vør˙ūt (Q105p Heer)
|
Voermansroep om het paard vooruit te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95f en 96; L 1 a-m; L B 2, 253; L 26, 2; L 36, 81a; S 41; monogr.]
I-10
|
25202 |
vorst, het vriezen |
gevreur:
gevrūūr (Q105p Heer),
vrost:
(mannelijk).
vrŏs (Q105p Heer)
|
vorst (vriezend weer) [SGV (1914)] || vorst, het vriezen [gevreur] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
18279 |
vouw |
vouw:
vauw (Q105p Heer),
vauwe (Q105p Heer)
|
vouw [SGV (1914)] || vouwen (mv.) [SGV (1914)]
III-1-3
|
17923 |
vouwen |
vouwen:
vauwe (Q105p Heer, ...
Q105p Heer)
|
vouwen (mv) [SGV (1914)] || vouwen (ww) [SGV (1914)]
III-1-2
|
21149 |
vrachtwagen |
vrachtwagen:
p. 6: Een tegenstelling tussen Nederlands-Limburg en Belgisch-Limburg.
vrachtwagen (Q105p Heer)
|
vrachtwagen
III-3-1
|
21397 |
vragen |
vragen:
vroage (Q105p Heer)
|
vragen [SGV (1914)]
III-3-1
|