e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q113p plaats=Heerlen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
mevrouw madam (<fr.): màddàm (Heerlen), mevrouw: məvròw (Heerlen), vrouw: vròw.... (achternaam) (Heerlen) hoe spreekt u een getrouwde vrouw aan? [mevrouw, madam] [N 87 (1981)] III-3-1
miauwen mauwen: WBD/WLD  mòwwə (Heerlen), miauwen: WBD/WLD  mĭĕòwwə (Heerlen) Hoe noemt u het gewone stemgeluid van een kat (mauwen, kajauwen, jauwen, lollen, miauwen, janken, rallen) [N 83 (1981)] III-2-1
middag (s middags) middag: midich (Heerlen), middags: medièms (Heerlen) middag [RND] III-4-4
middagdienst, late dienst (de) middag: dǝr medex (Heerlen  [(Emma)]   [Emma]), dǝr medǝx (Heerlen  [(Emma)]   [Winterslag, Waterschei]), middagschicht: medexšix (Heerlen  [(Oranje-Nassau I-IV)]   [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]), middenschicht: medǝšix (Heerlen  [(Emma)]   [Domaniale]) De werktijd van ''s middags 2 uur tot ''s avonds 10uur. Volgens Defoin (pag. 209) wordt de namiddagdienst in de pijlers waar de kolenwinning tijdens de morgendienst geschiedt, besteed aan het verplaatsen van de installaties en de nachtdienst aan de dakbreuk. In die waar de kolenwinning tijdens de namiddagdienst geschiedt, verricht men de verplaatsing van de installaties in de nachtdienst en de dakbreuk in de volgende morgendienst. Voor de middagdienst had men, volgens de informant van Q 15, een driekantige penning. Zie ook het lemma Controlepenning. [N 95, 117; monogr.; Vwo 509; Vwo 510; Vwo 807] II-5
middagdutje loeren: loere (Heerlen), middagslaapje: middichsjlöəpkə (Heerlen) middagdutje [SGV (1914)] || Slaapje na het middagmaal; middagdutje (noenslaap, middagslaap, dutje, loertje, dutten). [N 84 (1981)] III-1-2
middagdutje doen duiken: dŭŭkkə (Heerlen), ungeren (ww.): ungdere (Heerlen), ungere (Heerlen), ūngərə (Heerlen), (moeilijk leesbaar)  eungere (Heerlen) middagdutje [een ~ doen] [SGV (1914)] || middagdutje doen (dutten). [N 84 (1981)] || sluimeren [drooze, knikkebolle] [N 10 (1961)] III-1-2
middagmaal eten: ɛtə (Heerlen), middag, de -: middig (Heerlen, ... ), middageten: middaagaete (Heerlen), middigeëte (Heerlen), middigèëte (Heerlen), noen, de -: noon (Heerlen), noͅn (Heerlen), warm eten: werm eëte (Heerlen) diner || maaltijden; Hoe noemt U: Namen voor de verschillende maaltijden, afhankelijk van de tijd van de dag, eventueel van het jaar [N 80 (1980)] || middageten || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: 12 uur [ZND 18G (1935)] || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: 12 uur 30 [ZND 18G (1935)] || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: middag [ZND 18G (1935)] III-2-3
middelste kegel koning: ky(3)̄əneŋ (Heerlen) De middelste kegel [paap, tulleman, sullepaap, kegeljan, negenman]. [N 88 (1982)] III-3-2
middelvinger middenvinger: middəvīngər (Heerlen) Middelvinger: de middelste, langste vinger (middelvinger, langelierboom, langeman). [N 84 (1981)] III-1-1
middendeel van het paard middenstuk: medǝštøk (Heerlen) De middel- of middenhand van het paard, in tegenstelling met ''voorste deel van het paard tot achter de voorbenen'' (3.1.3) en ''achterhand van het paard'' (3.3.14). [JG 1a, 1b; N 8, 12] I-9