e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q113p plaats=Heerlen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tuinhuisje tuinhuisje: tuinhüske (Heerlen), zomerhuis: zoemerhoes (Heerlen) priëel [SGV (1914)] || tuinhuisje III-2-1
tuinkervel kervel: kervel (Heerlen), WBD/WLD  kērvəl (Heerlen) kervel [ZND 01 (1922)] || Tuinkervel; een één of tweejarig kruid, 30-60 cm hoog, met witte bloemen; de bladeren worden gebruikt in soep, sausen en salade (kervel, gervel, kelver, scharnpiep). [N 82 (1981)] I-7
tuinman, boomkweker gardenier: JK Begrip te splitsen? veel samenstellingen met boom- uit RND zijn geconstrueerd; de andere hebben de ruimere betekenis van tuinman.  gardənēr (Heerlen) [RND 08] I-7
tuinmuur rijwerk: rējwɛrǝk (Heerlen) Uit horizontale en verticale balken samengestelde wand die is opgevuld met vlechtwerk en vervolgens is afgesmeerd met leemspecie. In plaats van vlechtwerk kunnen ook bakstenen worden gebruikt. [S 42; N 4A, 53f; N F, 56b; N 31, 45a; monogr.; N 4A, 52f; N 4A, 52d] II-9
tuinschaar heggenschaar: hegkesjier (Heerlen) tuinschaar III-2-1
tuinwant doornhaas: deurgősche (Heerlen), tuinhaas: tuungősche (Heerlen) wanten, dikke, vaak leren ~, om in doornheggen te werken [tuunen, tuinheisje, döörheusje] [N 23 (1964)] III-1-3
tuit tuit: teut (Heerlen, ... ), tuitel: teutel (Heerlen, ... ), uitloop: oetleup (Heerlen) tuit van de waterketel van koper of ijzer en met hengsel en tuit [N 20 (zj)] III-2-1
tulband radong: redong (Heerlen), (korte oo-klank).  redoong (Heerlen), Eigen syst.  radong (Heerlen), Verklw. radungsjke  radóng (Heerlen), Verklw. redöngsjke  redóng (Heerlen), tulband: Eigen syst.  tulband (Heerlen) cake || tulband || Tulband (redong, bont, bontekoek, turkse muts, sultan?) [N 16 (1962)] III-2-3
tule tule: tyl (Heerlen) Doorzichtig garenweefsel met fijne mazen, met of zonder patroon. [N 62, 82; N 62, 81b; N 59, 201; Gi 1.IV, 57; MW; monogr.] II-7
tulp tulp: tulp (Heerlen, ... ) tulp III-2-1