19712 |
vork |
fourchette:
fersjèt (Q113p Heerlen),
Verklw. versjetje
versjet (Q113p Heerlen),
krook:
krook (Q113p Heerlen),
pikkerd:
pikkert (Q113p Heerlen)
|
tafelvork || vork
III-2-1
|
34611 |
vork van de wagen |
vork:
vork (Q113p Heerlen)
|
Het geheel van de twee schuin naar achter lopende balken die boven het asblok bevestigd zijn en waartussen aan de voorzijde de dissel is geplaatst. Deze balken maken deel uit van het voorstel van de langwagen. [N 17, 44b; N G, 70e; JG 1b; JG 1d]
I-13
|
25202 |
vorst, het vriezen |
gevreur:
gevreur (Q113p Heerlen),
gevruuër (Q113p Heerlen),
vrost:
vrös (m) (Q113p Heerlen)
|
vorst (vriezend weer) [SGV (1914)] || vorst, het vriezen [gevreur] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
29897 |
vorstpan |
verstpan:
viǝšpan (Q113p Heerlen
[(id)]
)
|
Halfronde pan waarmee de nokken en hoekkepers van het dak worden bedekt; ook de soortgelijke pan voor de afdichting van de nok of de naden van het dakschild van een rieten dak. Vorstpannen worden met spijkers op de dakruiters vastgezet en met specie aan elkaar bevestigd. In Q 77b werd niet met vorstpannen gewerkt. Men smeerde daar de nok van het dak in met cement. Het woordtype broekstuk (L 290, L 372) duidt een pan aan die de verbinding vormt tussen de vorstpannen en de pannen die over de naden van het dakschild worden gelegd. [N 32, 45b; N 32, 45c; N 4A, 34a; N 4A, 34c; N F, 8]
II-8
|
24397 |
vos |
vos:
vòs (Q113p Heerlen)
|
vos
III-4-2
|
33811 |
vos, vospaard |
voes:
vus (Q113p Heerlen)
|
Licht- of rosbruin paard met witte manen, staart en poten. Onder de vossen zijn er diverse kleurnuanceringen: roodvossen (rode tot dieprode globe), goudvossen, zweetvossen (zwartachtig rood naar geel overhellend en glimmend), lichte vossen (geelbruin tot geelbruin), donkere vossen (van donkerbruin tot zeer donker roodbruin). [JG 1a, 1b; N 8, 63g, 63h en 63j]
I-9
|
18279 |
vouw |
plooi:
plouw (Q113p Heerlen),
Zie ook vouw.
plouw (Q113p Heerlen),
vouw:
vouw (Q113p Heerlen),
vouwe (Q113p Heerlen),
Zie ook plouw.
vouw (Q113p Heerlen)
|
Hoe noemt U: een plooi [N 62 (1973)] || plooi || vouw [SGV (1914)] || vouwen (mv.) [SGV (1914)]
III-1-3
|
17923 |
vouwen |
vouwen:
vouwe (Q113p Heerlen, ...
Q113p Heerlen)
|
vouwen (mv) [SGV (1914)] || vouwen (ww) [SGV (1914)]
III-1-2
|
21149 |
vrachtwagen |
lastwagen:
[vgl. Du. Lastkraftwagen, rk]
làswáágə (Q113p Heerlen),
vrachtauto:
vràchoutoo (Q113p Heerlen),
vrachtwagen:
vràchwáágə (Q113p Heerlen)
|
een grote auto voor goederenvervoer [vrachtwagen, camion] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21397 |
vragen |
vragen:
vroage (Q113p Heerlen)
|
vragen [SGV (1914)]
III-3-1
|