28359 |
remschijftransporteur |
duwtoer:
dø̄jtūr (Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Maurits]),
jojo:
jōjō (Q113p Heerlen
[(Emma)]
[Laura, Julia]),
remschijftransporteur:
ręmšīftranspǝrtø̄r (Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik])
|
Een soort remmende transporteur voorzien van een ketting met schijven voor het vervoer van kolen in steile en halfsteile lagen van boven naar beneden. De ketting beweegt door halfronde of hoekvormige goten naar beneden en remt door middel van schijven het te vervoeren materiaal. Een invuller uit Q 121 schrijft over de opgave "kandeltoer" dat dit op de Domaniale mijn halfronde platen waren van ongeveer 2 meter met aan de zijkant een ronde buis van 15 cm doorsnee waardoor de stuwketting naar boven werd getrokken. [N 95, 615; N 95, 661; monogr.]
II-5
|
21358 |
rente |
cijnzen:
Opm. van cijns? (bedoelt invuller misschien van accijnzen?).
sinze (Q113p Heerlen),
interest:
interes (Q113p Heerlen),
rente:
rente (Q113p Heerlen, ...
Q113p Heerlen),
rinte (Q113p Heerlen)
|
rente [SGV (1914)] || Rente [intrest?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21359 |
rentenier |
rentenier:
rintenär (Q113p Heerlen)
|
rentenier [SGV (1914)]
III-3-1
|
21892 |
rentenieren |
rentenieren:
rintəneerə (Q113p Heerlen),
rèntəneerə (Q113p Heerlen)
|
leven van de inkomsten van je goederen of kapitaal [heren, rentenieren] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
21360 |
rentmeester |
rentmeester:
rinkmeester (Q113p Heerlen)
|
rentmeester [SGV (1914)]
III-3-1
|
25095 |
repareren |
flikken:
flikkə (Q113p Heerlen),
maken:
máákə (Q113p Heerlen),
oplappen:
óplàppə (Q113p Heerlen),
repareren:
rippəreerə (Q113p Heerlen)
|
repareren, opknappen [oplappen, flikken, lameseren] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
24548 |
reseda |
gypte-douw:
Fr. Rose d?Egypte
gipsjendouw (Q113p Heerlen, ...
Q113p Heerlen),
Komt voor in WLD III, Flora; daar ontbreekt het ZND materiaal
giepschendouw (Q113p Heerlen)
|
[SGV (1914)](Egyptische dauw), reseda
I-7, III-4-3
|
28533 |
reservevolkje |
darrenzwerm:
darǝšwɛrm (Q113p Heerlen)
|
Klein volkje met koningin. Het is opgezet met het doel een eventueel moerloos volk aan een jonge koningin te helpen. Dit verkrijgt men door het (te) vele nazwermen. [N 63, 40b]
II-6
|
20559 |
rest in het glas |
klatsje:
klétschke (Q113p Heerlen),
klotsje:
klŭŭtsjkə (Q113p Heerlen),
slokje:
sjlŭŭksjkə (Q113p Heerlen)
|
restje; Hoe noemt U: Kleine hoeveelheid bier onder in een glas (kletske) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
24294 |
restant insecten |
aardvlo:
èëdvloeë (Q113p Heerlen),
paardsschaar:
pèëdsjier (Q113p Heerlen)
|
aardvlo || vliegend hert
III-4-2
|