e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heerlen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
steunklos klots: klǫts (Heerlen), steigerklos: [steiger]klǫs (Heerlen), steunklos: štø̄nklǫs (Heerlen) Houten klos die op de staander wordt gespijkerd. Op de klos rust de optopper, waarmee de steiger wordt verlengd. Zie ook afb. 19. [N 32, 5c; monogr.] II-9
stevig, gezegd van voedsel stevig: sjteevich (Heerlen), stram: sjtràm (Heerlen) stevig, gezegd van voedsel (straf) [N 91 (1982)] III-2-3
stiefdochter stiefdochter: sjteefdochter (Heerlen, ... ), sjteefdogtər (Heerlen) stiefdochter [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefkinderen stiefkinder: schteefkingər (Heerlen), sjteefkeenger (Heerlen), sjteefkinger (Heerlen) stiefkinderen [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefmoeder stiefmoeder: sjteefmodder (Heerlen, ... ), sjteefmoddər (Heerlen), sjteefmōēwdər (Heerlen) stiefmoeder [DC 05 (1937)] || stiefouders [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefouders stiefouders: sjteefouwesj (Heerlen), sjteefouwərs (Heerlen) stiefouders [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefvader stiefvader: sjteefvadder (Heerlen), sjteefvadər (Heerlen) stiefvader [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefzoon stiefzoon: sjteefsoewn (Heerlen), sjteefzoeën (Heerlen), sjteefzoon (Heerlen) stiefzoon [DC 05 (1937)] III-2-2
stiekem achteraf: achteraaf (Heerlen), geniepig: gnĭĕppich (Heerlen), heimelijk: heeməlich (Heerlen, ... ), heimlich (du.): heemlich (Heerlen), heemlig (Heerlen), stiekem: schtiekem (Heerlen), sjtiekem (Heerlen, ... ), sjtĭĕkkəm (Heerlen, ... ), stiekem (Heerlen, ... ), stikkem (Heerlen) achterbaks [SGV (1914)] || boosaardige streken in het geheim bedrijvend [heimelijk, geniepig, gniep, stiekem] [N 85 (1981)] || geniepig [SGV (1914)] || heimelijk || heimelijk, stiekem, in het geniep [stilles] [N 07 (1961)] || niet laten blijken dat iets bekend is of plaats vindt, in het geheim dingen doend [stiekem, heimelijk, tersmuiks] [N 85 (1981)] || stiekum III-1-4
stiekem eten stiekem snuiten: stiekem schnütze (Heerlen) stiekem eten; Hoe noemt U: Steeds weer stiekem eten (knaffelen, knaspelen) [N 80 (1980)] III-2-3