17685 |
ademen |
ademhalen:
aomhaole (Q112a Heerlerheide),
oam hoalə (Q112a Heerlerheide),
asemen:
aoseme (Q112a Heerlerheide)
|
ademen [N 10a (1961)]
III-1-1
|
17682 |
ader |
ader:
ajer (Q112a Heerlerheide),
aor (Q112a Heerlerheide),
oar (Q112a Heerlerheide)
|
ader [N 10a (1961)]
III-1-1
|
27573 |
administratief personeel |
comptabiliteit:
comptabiliteit (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
schrijver:
šrīvǝr (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Emma])
|
De beambten hadden op de mijn vergeleken met de arbeiders op tal van punten een bevoorrechte positie. Zij kregen tijdens ziekte geen controle van de door de kompels gehate ziekencontroleur (Dieteren 1984 pag. 67). Verder waren zij op de mijn "penningvrij", kregen meer en betere deputaatkolen en gratis mijnkleding. Op hun beurt waren de ondergrondse beambten weer bevoorrecht ten opzichte van de bovengrondse beambten. Hun salarissen lagen duidelijk hoger (Dieteren 1984 pag. 67). In het lemma komen algemene benamingen voor maar ook benamingen die meer schertsend of spottend zijn. [N 95, 979]
II-5
|
27880 |
afbikken |
afdrijven:
āfdrīvǝ (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Domaniale])
|
Loshangende stenen verwijderen die na het bewerken van het gesteente aan de zijwand of het dak van de mijngang zijn blijven zitten. [N 95, 450; N 95, 298; monogr.; Vwo 24; Vwo 40; Vwo 55]
II-5
|
27312 |
afdalen |
aanvaren:
āvārǝ (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Emma])
|
Zich per lift naar het ondergrondse gedeelte van de mijn begeven. [N 95, 82; monogr.; Vwo 33; Vwo 41]
II-5
|
27728 |
afdeling |
afdeling:
afdeling (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Emma]),
revier:
rǝvēr (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Winterslag, Waterschei])
|
Het ondergronds gebied van een steenkolenmijn is ingedeeld in afdelingen. Aan het hoofd van zo''n afdeling staat een afdelingsingenieur. Deze afdelingsingenieur voert het bevel over verscheidene andere ingenieurs en geeft zijn bevelen aan het werkvolk langs zijn afdelingsopzichter om (Vanwonterghem pag. 43). [N 95, 908; Vwo 36; Vwo 285; monogr.]
II-5
|
27227 |
afdelingsopzichter |
revierstijger:
rǝvērštīgǝr (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Domaniale])
|
Opzichter van de dagdienst. De afdelingsopzichter is de verantwoordelijke man voor een afdeling. Volgens Vanwonterghem (pag. 43) krijgt hij zijn bevelen van de ingenieur en geeft ze verder aan de chef-porions. Defoin (pag. 191) daarentegen noemt de afdelingsopzichter synoniem met chef-porion. De woordtypen "dagstijger" en "middagstijger" zijn volgens Van der Maar ontstaan uit het feit dat de afdelingsopzichters overdag dienst deden. De nachtdienst stond veelal onder toezicht van een meesterhouwer. [N 95, 909; monogr.; Vwo 37]
II-5
|
21448 |
afdingen |
pingelen:
pingelen (Q112a Heerlerheide, ...
Q112a Heerlerheide)
|
beknibbelen, Op de prijs ~, de prijs omlaag trachten te drukken [afpeekele, afprengelen, afpenkelen, pingelen?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
17583 |
afhangend kuifje (bij kortgeknipt haar) |
pony:
eine ponnie (Q112a Heerlerheide),
ne ponnie (Q112a Heerlerheide),
ponnie (Q112a Heerlerheide)
|
haar, kortgeknipt ~ met alleen van voor een afhangend kuifje [ponnie, tuil] [N 10 (1961)] || Kortgeknipt haar met alleen van voor een afhangend kuifje (ponnie, fru(fru), bles, stroef, kapoel). [N 109 (2001)]
III-1-1
|
28197 |
aflichten |
afluchten:
āfløxtǝ (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Emma, Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Met behulp van een veiligheidslamp mogelijk aanwezig mijngas opsporen. Bij een aanwezigheid van mijngas zal zich rond het klein gedraaide vlammetje van de lamp een lichtblauwe doorzichtige lichtkegel vormen. De lengte van de lichtkegel, dus eigenlijk de lengte van de gasvlam, geeft het gehalte mijngas aan. [N 95, 236; monogr.; N 95, 413; Vwo 47; Vwo 337; Vwo 338; Vwo 872]
II-5
|