e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P197p plaats=Heers

Overzicht

Gevonden: 2718
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huishouden huishoud: hōu̯əshā (Heers), hūəsha (Heers) Wat een armzalig huishouden [ZND 32 (1939)] III-2-1
huisjesslak karakol: kerrəkol (Heers) huisjesslak [ZND B2 (1940sq)] III-4-2
huismus, mus mus: meus (Heers, ... ), meussen (Heers), məsən mv. (Heers) mus [ZND 01 (1922)], [ZND 14 (1930)], [ZND 43 (1943)] III-4-1
huiveren bibbelen: bibbele (Heers, ... ) Huiveren (beven, rillen van de kou of van schrik) [ZND 21 (1936)] || huiveren (beven, rillen van de kou of van schrik) [ZND 27 (1938)] III-1-2
hurken op zijn hukken gaan zitten: oͅp zen hoͅkə goͅn zittə (Heers) hurken: op zijn hurken (gaan) zitten [ZND B1 (1940sq)] III-1-2
huurpenning werdel: WNT: werdel - wordel, weerdel, werrel, warrel, weddel -, 1) Spinschijfje, b) Een derg. voorwerp als onderpand of teeken van contract gegeven bij het aangaan van een dienstverplichting (en bij feitelijke indiensttreding omgeruild tegen het drinkgeld, de godspenning vand. ook: drinkgeld, fooi, godspenning.  hijoͅdol (Heers), hiödel (Heers), hjōͅdəl (Heers) Hoe noemt men de huurpenning (geldstuk door boeren aan dienstpersoneel gegeven bij t huren)? [ZND 16 (1934)] || huurpenning (aan dienstboden gegeven) [ZND B2 (1940sq)] III-3-1
huwelijksexamen ondertrouw: de ondertrouw (Heers) Het huwelijksexamen bij de pastoor. [N 96D (1989)] III-3-3
huwelijksmis bruidsmis: breutsmèjs (Heers), trouwmis: trouwmèjs (Heers) De huwelijksmis, bruidsmis [broedsmaes]. [N 96D (1989)] III-3-3
iemand iets verwijten verwijten: jomant vərwētə (Heers) iemand verwijten [ZND B1 (1940sq)] III-1-4
iemand prijzen bestoefen: bəstufə (Heers) iemand prijzen of loven [ZND B1 (1940sq)] III-1-4