e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heijen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kussensloop kussensloop: køsəslōp (Heijen), kussloop: køsslōp (Heijen), kustijk: køstik (Heijen), køstīk (Heijen, ... ) kussensloop [SGV (1914)] III-2-1
kwaadspreekster klapekster: klapekster (Heijen) klappei [SGV (1914)] III-1-4
kwaadspreker kwaadspreker: kwoadsprĕker (Heijen) kwaadspreker [SGV (1914)] III-1-4
kwaal kwaal: kwōal (Heijen) kwaal [DC 02 (1932)] III-1-2
kwabaal en puitaal kwabaal: kwabaol (Heijen), kwabôal (Heijen) puitaal || puitaal (kwabaal) [SGV (1914)] III-4-2
kwalijk kwalijk: Dat is ¯n kwélleke zaak  kwéllek (Heijen) kwalijk III-1-4
kwart, vierde deel, maat vierdel: vèrrel (Heijen) kwart, vierde deel III-4-4
kwartel kwartel: kwartel (Heijen) kwartel [SGV (1914)] III-4-1
kwast, noest knoest: knust (Heijen), noest: nust (Heijen) Een onregelmatigheid in de houtstructuur van een boom. Kwasten ontstaan op plaatsen waar zich een tak bevindt of heeft bevonden. Zie ook afb. 204. Vgl. voor het woordtype aast ook het Hgd. Ast. [N E, 1; N 50, 76f; N 75, 97a-b; monogr.] II-12
kweek kweek: kwekǝn (Heijen), -  kweken (Heijen), puin: pø̜i̯n (Heijen), -  puin (Heijen) Elymus repens (L.) Gould Zeer algemeen voorkomend hardnekkig onkruid op gras- en bouwland en op akkerranden, dat er grasachtig uitziet met een rechtopstaande aar en donker- tot grijsgroen blad. Het bloeit van juni tot augustus. De lengte varieert van 30 tot 120 cm. Het is een lastig kruipend onkruid met veel onderaardse wortelstokken, die wel als veevoeder gebruikt worden. De boer verwijdert het met de eg uit de akker. Deze plant is ook wel bekend onder de oude naam kweekgras of tarwegras (Triticum repens L.). Zie in verband met de vele puin-opgaven de speciale bibliografie onder Goossens 1985; 1987 en 1988, 109-126. [N 11, 71; JG 1a, 1b, 2c; A 27, 24b; A 28, 10; A 29, 6 en 9; A 33, 17; L 34, 52; L 48, 18; Lu 2, 18; Lu 4, 9; S 20; monogr.; add. uit N 11, 70, 72, 80a en 88] || kweek (Agropyrum repens) [DC 26 (1954)] I-5, III-4-3