e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heijen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
melk zeven zijen: zęi̯ǝn (Heijen) De melk door een doek, zeef of filter laten vloeien om de melk te zuiveren van onbruikbare of verontreinigende stoffen of bestanddelen. [S 46; Wi 30; monogr.; add. uit N 12, L 324] I-11
melkaders melkaders: mɛlkǫi̯ǝrs (Heijen) De aders langs de buik naar de uier. [N 3A, 118a] I-11
melkafromer roomblazer: rōmblǭzǝr (Heijen) De afromer scheidt de roomlaag van de melk. Dit scheiden kan gebeuren door een grote schuimspaan of een houten lepel te gebruiken. Met een houten latje kan men room tegenhouden, terwijl de ontroomde melk door de tuit van de in schuine stand gehouden plateel of teil vloeit. Men kan de room eenvoudig met een vinger wegdoen of men kan die wegblazen. Moderner is de scheiding van room en melk met een melkmachine of centrifuge. [N 12, 57 en 58; JG 1a, 1b; A 23, 3; monogr.] I-11
melkgebit van kalveren kalvertanden: kalvǝrtānt (Heijen) [N 3A, 108a] I-11
melkkannetje romekan: rōməkan (Heijen) melkkannetje III-2-1
melkkar melkkar: mɛlǝkkar (Heijen), romekar: rōmǝkar (Heijen) Kar om melkbussen van meerdere boeren van en naar de fabriek te brengen. Het was meestal een lange kar met een groot bodemoppervlak en lage zij-, voor- en achterplanken. [N 17, 15; N G 51; monogr.] I-13
melkkoe echt melktype: ɛxt mɛlktip (Heijen) Koe die geschikt is voor melkproductie. [N 3A, 148] I-11
melkstoeltje melkstoeltje: mɛlkstyltjǝ (Heijen) Houten krukje met drie of vier poten waarop men zit bij het melken van de koeien. Zie afbeelding 10. [A 9, 13; A 42, 18a; JG 1d; monogr.] I-11
menen menen: Hum de zak gèève (ontslaan) dat kunde nie meene Ik meen ¯t nie zö slé.cht mit ów Ik? Jao, ik meen ów Gullie minde mit d¯n trèjn te komme  meene (Heijen), zie meene  mèène (Heijen) menen, bedoelen, van plan zijn III-1-4
mens (alg.) mens: ook voor man en vrouw; zowel geringachting als sympathiek medelijden  mēēns (Heijen) mens; wordt mensch gebruikt in de betekenis van man? Spreekt een vrouw b.v. van mn mensch?, wanneer ze haar man bedoelt? Komt het mensch voor in de betekenis van vrouw? En bedoelt men met die zegswijze alleen geringachting of ook sympathiek medelijden? [DC 05 (1937)] III-2-2