e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heijen

Overzicht

Gevonden: 2777
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
box looprek: Nellie löpt al ien t looprek  looprek (Heijen) box: Nellie loopt al in de box (maar midden in de kamer durft ze nog niet). [DC 39 (1965)] III-2-2
braadworst meelworst: mēͅlwoͅrst (Heijen) meelworst (braadworst van vet, water, meel en kruidnagelen) III-2-3
braaf braaf: braof (Heijen), brááf (Heijen), zoet: Kiender, duut ¯s moj zuu.t zien Kènde gïj ¯t veraol van de zuu.ten Tienus  zuu.t (Heijen) braaf [DC 02 (1932)], [SGV (1914)] || zoet, braaf, lief III-1-4
braakland klein rusland: klein rusland (Heijen) Stuk land of akker dat men één of meer jaren onbewerkt laat liggen alvorens het opnieuw te beploegen. [N 11, 6; N 27, 4b; N 27, 31; N 11A, 135; A 10, 4; A 33, 12; A 33, 14a; JG 1a, 1b, 2a, 2b, 2c; L 22, 13; L 1a-m; L 1u, 22; L 19b, 1a; S 4; Ale 253; monogr.] I-8
braambes braamberen: brombère (Heijen), brombêre (Heijen), brómbèèr (Heijen) braambes [Roukens 03 (1937)], [SGV (1914)] III-4-3
braamstruik braamberenstruik: brombèrestroek (Heijen), brombêrestrük (Heijen) braam (struik) [Roukens 03 (1937)] || braamstruik [SGV (1914)] III-4-3
braden braden: broaje (Heijen), brōͅi̯ə (Heijen) braden [SGV (1914)] III-2-3
braken kotsen: kotsen (Heijen) kotsen [SGV (1914)] III-1-2
branden branden: brāndt (Heijen) brandt [de kachel ~ ] [SGV (1914)] III-2-1
brander van een lamp brander: brānder (Heijen) brander (v. e. lamp) [SGV (1914)] III-2-1