e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heijen

Overzicht

Gevonden: 2777
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bruiloft bruiloft: brŭlft (Heijen) bruiloft [SGV (1914)] III-2-2
brullen brullen: brølǝ (Heijen) Abnormaal geluid dat vooral wild geworden runderen uitstoten. [N 3A, 6; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
brulziekte bruls zijn: (de koe is) brøls (Heijen) Een afwijking aan de eierstokken van koeien. De dieren vertonen voortdurend verschijnselen van tochtigheid, tegelijkertijd zijn ze onvruchtbaar. De koeien maken een eigenaardig brullend geluid, ze hebben slappe banden en ze groeien slecht. Zie ook het lemma ''brulziekte'' in wbd I.3, blz. 464-465. [N 3A, 101; A 48A, 45a; JG 1a, 1b; L 19B, 4a; monogr.; add. uit N C] I-11
bui, regenbui bui: büj (Heijen), regenbui: rêgenbüj (Heijen) bui [SGV (1914)] || regenbui [SGV (1914)] III-4-4
buigijzer hoorn: hõrn (Heijen) Een driehoekig blok ijzer met aan de onderzijde een pin, dat in het aambeeldgat wordt geplaatst en wordt gebruikt om er met behulp van een hamer stukken ijzer op te buigen. Zie ook afb. 26. [N 33, 45-46; N 33, 55] II-11
buik buik: bŭk (Heijen) buik (lijf) [DC 01 (1931)] III-1-1
buikpijn buikpijn: bükpien (Heijen), pijn in de buik: pien ien de bŭŭk (Heijen), pijn in het lijf: pien ien t liĕf (Heijen) buikpijn [DC 27 (1955)] || ik heb pijn in mijn buik of de buik doet mij zeer [DC 01 (1931)] III-1-2
buitenechtelijk kind onechte, een -: ennen óné.chte (Heijen), voordeern: vördèn (Heijen), voorjong: vörjóng (Heijen), voorkind: vörkie.nd (Heijen), voorloper: zie vörkie.nd  vörleuper (Heijen) buitenechtelijke dochter, voordochter || buitenechtelijke kind, voorkind || buitenechtelijke zoon, voorzoon || Piet is een buitenechtlijk kind III-2-2
buizerd kuikenstoter: kuukestuuter (Heijen) buizerd III-4-1
bundel, bussel bunsel: bunsel (Heijen, ... ) bundel [SGV (1914)] III-4-4